Bijbelverhaal: de vrouw van Paulus getuigt groep 6/7 De Horizon
De vrouw van Pilatus getuigt
Mattheüs 27: 1 - 26
Mattheüs 27: 1 - 26
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
LevensbeschouwingBasisschoolGroep 6,7
In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 25 min
Onderdelen in deze les
De vrouw van Pilatus getuigt
Mattheüs 27: 1 - 26
Mattheüs 27: 1 - 26
Slide 1 - Tekstslide
Wat weet je nog?
Slide 2 - Woordweb
Jezus voor Pilatus
De volgende ochtend vroeg namen alle hogepriesters met de oudsten van het volk het besluit Jezus ter dood te brengen. Nadat ze Hem geboeid hadden, leidden ze Hem weg en leverden Hem over aan Pilatus, de gouverneur. Toen Judas, die Hem had uitgeleverd, zag dat Jezus ter dood veroordeeld was, kreeg hij berouw.
Slide 3 - Tekstslide
Hij bracht de dertig zilverstukken naar de hogepriesters en oudsten terug en zei: 'Ik heb een zonde begaan door een onschuldige uit te leveren.' Maar zij zeiden: 'Wat gaat ons dat aan? Zie dat zelf maar op te lossen!' Toen smeet hij de zilverstukken de tempel in, vluchtte weg en verhing zich. De hogepriesters verzamelden de zilverstukken en zeiden tegen elkaar. 'We mogen ze niet bij de tempelschat voegen, aangezien het bloedgeld is.'
Slide 4 - Tekstslide
Ze besloten er de akker van de pottenbakker mee te kopen, die dan als begraafplaats voor vreemdelingen kon dienen. Daarom heet die akker tot op de dag van vandaag de Bloedakker. Zo ging in vervulling wat gezegd is door de profeet Jeremia: 'En ze verzamelden de dertig zilverstukken, het bedrag waarop Hij geschat was en dat ze hadden bepaald met de kinderen van Israël, en ze betaalden er de akker van de pottenbakker mee, zoals de Heer mij had opgedragen.'
Slide 5 - Tekstslide
Toen Jezus voor de gouverneur stond, stelde deze Hem de vraag: 'Bent U de koning van de Joden?' Jezus zei: 'U zegt het.' Maar op de beschuldigingen die de hogepriesters en oudsten tegen Hem inbrachten, antwoordde hij niet één keer. Daarop zei Pilatus tegen Hem; 'Hoort U niet wat deze getuigen allemaal tegen U inbrengen?' Hij gaf op geen enkele beschuldiging enig weerwoord, wat de gouverneur zeer verwonderde.
Slide 6 - Tekstslide
Nu had de gouverneur de gewoonte om op het pesachfeest één gevangene vrij te laten, en die door het volk te laten kiezen. Er zat toen een beruchte gevangene vast die Barabbas genoemd werd. en dus vroeg Pilatus hun, toen ze daar waren samengestroomd: 'Wie wilt u dat ik vrijlaat, Barabbas of Jezus die de messias wordt genoemd?' Hij wist namelijk dat ze Hem uit afgunst hadden uitgeleverd.
Slide 7 - Tekstslide
Terwijl hij op de rechterstoel zat, werd hem een boodschap van zijn vrouw gebracht: 'Laat je niet in met die rechtvaardige! Om Hem heb ik namelijk vannacht in een droom veel moeten lijden.' Ondertussen haalden de hogepriesters en de oudsten het volk over: ze moesten om Barabbas vragen, en Jezus laten doden. Weer nam de gouverneur het woord en hij vroeg opnieuw: 'Wie van de twee wilt u dat ik vrijlaat?' 'Barabbas!' riepen ze.
Slide 8 - Tekstslide
Pilatus vroeg hun: 'Wat moet ik dan doen met Jezus die de Messias wordt genoemd?' Allen antwoorden: 'Aan het kruis met hem!' Hij vroeg: 'Wat heeft Hij dan misdaan?' Maar ze schreeuwden alleen maar harder: 'Aan het kruis met Hem!' Toen Pilatus inzag dat hij niets bereikte, maar dat er zelfs een opstand dreigde uit te breken, liet hij water brengen, waste ten overstaan van de menigte zijn handen en zei: 'Ik ben onschuldig aan de dood van deze man. Zie het zelf maar op te lossen.'
Slide 9 - Tekstslide
En heel het volk antwoordde: 'Laat zijn bloed ons maar worden aangerekend en onze kinderen!' Daarop liet Pilatus Barabbas vrij, maar Jezus leverde hij uit om gekruisigd te worden, nadat hij Hem eerst nog had laten geselen.