H2 §2 de outback in Australië

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• mavo, havo
• Leerjaar 1

Leg uit wat er gebeurt op de foto. gebruik in je antwoord de twee basisregels

B77 Cultuur- en natuurlandschap

Leerdoelen voor §2

• Je kunt de ongelijke bevolkingsspreiding in Australië beschrijven en verklaren.
  
• Je kunt de neerslag in Australië beschrijven: wat de verschillen zijn per gebied, de gevolgen hiervan voor het bodemgebruik en voor het landschap.

Ongelijke spreiding

Australië in kaart

- Wat voor soort kaarten zie je?

- Wat zie je op de kaarten?

- Waarom zie je dit op de kaarten?

Outback

• Reden ongelijke bevolkingsspreiding: de neerslag.

•  Kustgebied: voldoende neerslag voor plantengroei, akkers, weilanden, bos 
• intensieve veeteelt = veel vee per hectare

Outback

Binnenland: hoe verder van zee, hoe droger 

> outback
 geen akkers, alleen vee - weinig vee per hectare = extensieve veeteelt

droge gebieden wereldwijd

Aan de slag:

Wat?	§2.2 Lezen theorie: blz. 26 in je LB. blz. 26 in je WB Opdrachten: 1,2,4 en 5
Hoe?	Eerste 10 minuten in stilte. Hierna mag je samenwerken en overleggen met je buur.
Waar?	in je werkboek!
Hulp?	- Theorie: Lees eerst de theorie is door! - Atlas - Docent
Klaar?	Lees de paragraaf nog eens door.
Niet af?	Huiswerk voor volgende les

Oefenen met de leerstof

Start opdracht!

• Open je werkboek op bladzijde 23.
• Open de Antwoorden deze staan in de AK teampagina > Bestanden!
• Kijk je antwoorden na met een andere kleur.

• Ben je klaar? 
• Je gaat dan §2 doorlezen.

Wat is dit voor veeteelt?

1. Landbouw
2. Intensief
3. Extensief
4. Tuinbouw

Is dit een voorbeeld van intensieve veeteelt of extensieve veeteelt?

1. Intensieve veeteelt
2. Extensieve veeteelt

Leerdoelen voor §2

• Je kunt de ongelijke bevolkingsspreiding in Australië beschrijven en verklaren.
  
• Je kunt de neerslag in Australië beschrijven: wat de verschillen zijn per gebied, de gevolgen hiervan voor het bodemgebruik en voor het landschap.

B60 : droogte

Tropisch       Savanne B82     Steppe B83  Woestijn B84   

- meer dan 2.000 mm per jaar

- 12 maanden neerslag

- tussen de 500 - 2.000 mm per jaar

- 4 tot 6 maanden droge tijd

- tussen de 250 - 500 mm per jaar

- 9 maanden droge tijd

- minder dan 250 mm per jaar

- 12  maanden droge tijd

woestijnsteppe?

Woestijn met wat grassen, struikjes en cactussen.

poolwoestijn?

Een uitgestrekt, vlak gebied van sneeuw en ijs.

B82 Savanne

Ten noorden en ten zuiden van de evenaar is een droge tijd: savanne 

• in de tropen, geen tropische regenwouden  
• lange gras met groepen bomen en struiken

B83 Steppe

• Een steppe is een droog gebied waar tussen de 250 en  500 mm neerslag per jaar valt.
  
  
  
• kort gras en lage struikjes

B84 Woestijnen

Droogte

V

Aan de slag:

Wat?	§2.2 Lezen theorie: blz. 26 in je LB. blz. 28 in je WB Opdrachten: 7b,c , 8, 9, 10, 11, 12
Hoe?	Eerste 10 minuten in stilte. Hierna mag je samenwerken en overleggen met je buur.
Waar?	in je werkboek!
Hulp?	- Theorie: Lees eerst de theorie is door! - Atlas - Docent
Klaar?	Lees de paragraaf nog eens door.
Niet af?	Huiswerk voor volgende les

Oefenen met de leerstof

In de savanne

1. Heb je het hele jaar door regen
2. Valt er helemaal geen regen
3. regent er niet elke maand, paar droge maanden.
4. Regent het maar ongeveer 2 maanden per jaar

In dit klimaat valt er jaarlijks minder dan 250 mm neerslag

1. Tropisch regenwoudklimaat
2. Savanneklimaat
3. Steppeklimaat
4. Woestijnklimaat

In de steppe regent het...

1. Het hele jaar door
2. Helemaal niet
3. Regent het maar 3 maanden in het jaar
4. Regent het 6 maanden per jaar