1.2 Het verteringsstelsel

Boek 6 Thema 1 Vertering
BS 2 Het verteringsstelsel
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Boek 6 Thema 1 Vertering
BS 2 Het verteringsstelsel

Slide 1 - Tekstslide

Kahoot
Herhalen lesstof en voorkennis activeren
over vertering en het verteringsstelsel

Leerdoel vandaag:
Je kunt de bouw, werking en functies van de verteringsorganen van de mens beschrijven en de relatie tussen bouw en functie uitleggen.

Slide 2 - Tekstslide

Planning
  • Kahoot
  • Keuze: zelfstandig werken aan weektaak (laat de LessonUp nog open staan !) of meeluisteren met de uitleg
  • Checkvragen, leerdoel behaald?
  • Zelfstandig werken aan weektaak

Slide 3 - Tekstslide

Hoe wordt je voedsel verteerd?
  • Verteren: het kleiner maken van voedingsstoffen (tot bijv. glucose, aminozuren etc.), zodat die kunnen worden opgenomen in het bloed en naar de cellen vervoerd kunnen worden 

  • Water, mineralen en vitaminen zijn klein genoeg, worden meteen opgenomen
  • Eiwitten, vetten en koolhydraten zijn te groot, moeten kleiner worden gemaakt


Slide 4 - Tekstslide

Verteringsstelsel
Van mond tot kont

  1. Mondholte
  2. Slokdarm
  3. Maag
  4. Twaalfvingerige darm
  5. Dunne darm
  6. Dikke darm
  7. Endeldarm
  8. Anus

Slide 5 - Tekstslide

Hoe slik je
je voedsel door?
Met behulp van:
  • Tanden en kiezen
  • Speeksel

  • Je huig en je strottenklepje zorgen ervoor dat het voedsel maar één kant op kan, richting de slokdarm 



Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Mond
  • Mechanische vertering: 
    Kauwen van voedsel > vergroten oppervlak

  • Chemische vertering: 
    Speeksel met slijm en enzymen

Slide 8 - Tekstslide

Peristaltische bewegingen

Slide 9 - Tekstslide

Mechanische vertering = kneden en kauwen

Slide 10 - Tekstslide

Chemische vertering

Slide 11 - Tekstslide

Enzymen 'knippen'
Eigenschappen enzymen

  1. Voedingsstof specifiek
  2. Gevoelig voor temperatuur
  3. Gevoelig voor zuurgraad

Slide 12 - Tekstslide

Verteringsstelsel
Van mond tot kont
  1. Mondholte: speeksel = bescherming tegen infecties
  2. Slokdarm
  3. Maag: maagsap (bevat enzym, HCL en slijm = erg zuur -> bescherming tegen infecties)
  4. 12vingerige darm: alvleessap -> enzymen + gal uit lever (galblaas) -> emulgatie vetten
  5. Dunne darm: darmsap -> enzymen
  6. Dikke darm
  7. Endeldarm
  8. Anus


Slide 13 - Tekstslide

Mechanische vertering

Het kauwen van voedsel
Het kneden en mengen van de voedselbrij
Chemische vertering


Bewerking (kleiner maken van) van voedsel door enzymen

Slide 14 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt de bouw, werking en functies van de verteringsorganen van de mens beschrijven en de relatie tussen bouw en functie uitleggen.

Slide 15 - Tekstslide


Is het kauwen op je eten mechanische of chemische vertering?

A
mechanische vertering
B
chemische vertering

Slide 16 - Quizvraag

Peristaltische bewegingen zijn een vorm van chemische vertering
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quizvraag

De vertering van koolhydraten gebeurt door enzymen in verschillende verteringssappen.
Welke hoort hier NIET bij?
A
Speeksel
B
Maagsap
C
Alvleessap
D
Dunne darmsap

Slide 18 - Quizvraag

In de maag begint de vertering van deze voedingsstof
A
Koolhydraten
B
Eiwitten
C
Vetten

Slide 19 - Quizvraag

Aan de slag
Lezen
Boek 6 Thema 1 Vertering >
Basisstof 2 Het verteringsstelsel blz. 19 t/m 22

Maken
Opdracht 11b, 12a t/m e, 13, 14b en 15

Slide 20 - Tekstslide