Parate kennis 3 vwo

Parate kennis
Parate kennis is kennis die je paraat moet hebben. Je zult voortdurend deze parate kennis nodig hebben bij het maken van opgaven en het begrijpen van de stof. Daarom hebben we ze voor je op een rijtje gezet. Dat leert wel zo gemakkelijk. Elk toets wordt geopend met vragen over de parate kennis. Je krijgt dan recht toe recht aan vragen over deze parate kennis. Elke toets opnieuw. Zo houd je je kennis altijd paraat en dat is nu net de bedoeling.
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Parate kennis
Parate kennis is kennis die je paraat moet hebben. Je zult voortdurend deze parate kennis nodig hebben bij het maken van opgaven en het begrijpen van de stof. Daarom hebben we ze voor je op een rijtje gezet. Dat leert wel zo gemakkelijk. Elk toets wordt geopend met vragen over de parate kennis. Je krijgt dan recht toe recht aan vragen over deze parate kennis. Elke toets opnieuw. Zo houd je je kennis altijd paraat en dat is nu net de bedoeling.

Slide 1 - Tekstslide

Omrekenen:

100dm3staatgelijkaan....
A
1L
B
1m3
C
1000cL
D
100L

Slide 2 - Quizvraag

Rekenen met machten van 10

Hoeveel is
A
500000
B
50000
C
5000
D
500

Slide 3 - Quizvraag

Hoe heet dit glaswerk?
A
erlenmeyer
B
trechter
C
reageerbuis
D
maatcylinder

Slide 4 - Quizvraag

Hoe heet dit glaswerk?
A
erlenmeyer
B
trechter
C
reageerbuis
D
maatcylinder

Slide 5 - Quizvraag

Met welke reagentia kun je aantonen dat water en koolstofdioxide ontstaan?
A
jood oplossing en zetmeel
B
kalkwater en joodoplossing
C
kalkwater en kopersulfaat
D
zetmeel en gustartpoeder

Slide 6 - Quizvraag

Wat betekend dit gevarensymbool?
A
Bijtend
B
Oxiderend
C
Corrosief
D
Schadelijk

Slide 7 - Quizvraag

Het percentage alcohol in wijn is 12%. Hoeveel alcohol zit er dan in een liter wijn?
A
0,12 L
B
0,012 L
C
12 L
D
1,2 L

Slide 8 - Quizvraag

Wat is geen scheidingsmethode?
A
destilleren
B
filtreren
C
verdampen
D
extraheren

Slide 9 - Quizvraag

Wat heb je nodig voor de verbranding en wat komt vrij bij verbranding?
A
Nodig: Water Komt vrij: energie
B
Nodig: zuurstof Komt vrij: energie
C
Nodig: Brandstof Komt vrij: Zuurstof
D
Nodig: koolstofdioxide Komt vrij: energie

Slide 10 - Quizvraag

Wat is GEEN chemische reactie?
A
Verbranden van papier
B
Glas maken uit zand en soda
C
Het roesten van je fiets
D
Koffiebonen malen

Slide 11 - Quizvraag

Het massagetal van dit koolstofatoom is:
A
6
B
8
C
14
D
20

Slide 12 - Quizvraag

Welke 7 atomen komen voor als twee-atomige elementen?
A
H, P, S, He, Cl, F
B
H, O, N, I, Br, Cl, F
C
P, S, N, I, Br, Cl, F
D
H, O, N, P, S, He

Slide 13 - Quizvraag

Metaalatomen zijn in het periodiek systeem te vinden aan de ...
A
linkerkant
B
rechterkant

Slide 14 - Quizvraag

Wat is de naam voor de meest rechter groep in het periodiek systeem?
A
Alkalimetalen
B
Aardalkalimetalen
C
Halogenen
D
Edelgassen

Slide 15 - Quizvraag

Naamgeving moleculaire stoffen: CCl4 heet:
A
koolstoftetrabromide
B
koolstoftetrabroom
C
koolstof(IV)broom
D
methaan

Slide 16 - Quizvraag

Exotherm of endotherm? Het opladen van je batterij
A
exotherm
B
endotherm

Slide 17 - Quizvraag

Is het smelten van ijs endotherm of exotherm?
A
endotherm
B
exotherm

Slide 18 - Quizvraag