6 februari 2020

6 februari 2020
1 / 54
volgende
Slide 1: Tekstslide
MetaaltechniekPraktijkonderwijsLeerjaar 2

In deze les zitten 54 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 8 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

6 februari 2020

Slide 1 - Tekstslide

Je werkt op een dak op een hoogte van 5 meter. Waar moet je op letten?
A
Je bent voorzichtig en doet geen onverwachte dingen.
B
Je houdt je altijd vast aan iets op het dak.
C
Je moet letten op je eigen veiligheid en die van anderen. Dus juiste persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen gebruiken.

Slide 2 - Quizvraag

Je loopt van een trap. Je valt naar beneden door iets wat op de trap ligt. Dit is een voorbeeld van..
A
een ongeval.
B
een onveilige handeling.
C
een onveilig situatie.

Slide 3 - Quizvraag

Iets op de trap leggen kan zorgen voor..
A
een ongeval.
B
een onveilige handeling.
C
een onveilige situatie.

Slide 4 - Quizvraag

Je wilt een boormachine gebruiken. Je ziet dat er iets kapot aan is. Wat doe je?
A
Je gebruikt de boormachine gewoon.
B
Je gebruikt de boormachine niet en zorgt dat hij gerepareerd wordt.
C
.Je legt de boormachine weg en zegt er niks over.

Slide 5 - Quizvraag

Als je een kapotte boormachine toch gebruikt is er sprake van..
A
een ongeval.
B
een onveilige handeling.
C
een onveilige situatie.

Slide 6 - Quizvraag

Je loopt door de werkplaats. Je ziet een rondslingerend stuk hout op de grond liggen. Dit is een onveilig situatie. Wat doe je?
A
Je doet alsof je niks ziet.
B
Je loopt er langs en hoopt dat er niemand valt.
C
Je ruimt het hout op en lost de onveilige situatie op.

Slide 7 - Quizvraag

Je loopt door de werkplaats. Je ziet iemand gewond op de grond liggen. Wat doe je?
A
Je haalt hulp en zorgt voor de gewonde.
B
Je rent hard weg.
C
Je doet alsof je niks ziet en gaat gewoon aan het werk.

Slide 8 - Quizvraag

Je loopt door de werkplaats. Je ziet iemand met een machine werken. Hij praat ondertussen met iemand anders en let helemaal niet op. Dit is een voorbeeld van..
A
een ongeval.
B
een onveilige handeling.
C
een onveilige situatie.

Slide 9 - Quizvraag

Je bent aan het werk met een scherp mes. Je schiet uit en snijdt jezelf. Dit is een voorbeeld van..
A
een ongeval.
B
een onveilige handeling.
C
een onveilig situatie.

Slide 10 - Quizvraag

Je loopt door de werkplaats. Je ziet iemand die gevaarlijke stoffen aan het mengen is. Dit is een voorbeeld van..
A
een ongeval.
B
een onveilige handeling.
C
een onveilige situatie.

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Video

Verschillende explosies:
  • gasexplosie
  • vloeistofexplosie
  • explosie vaste stof

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Link

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video

Melkpoeder is een:
A
vaste stof
B
gas
C
vloeibaar

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

Waardoor ontploft de melkpoeder?
A
omdat het een gas is
B
omdat het een poeder is
C
omdat deeltjes in de lucht ontplofbaar zijn

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Verstikkingsgevaar

Slide 29 - Tekstslide

Zuurstof heb je nodig
  • Zuurstof zit in de lucht
  •  Zuurstof hebben we nodig om te ademen
  • Zuurstof wordt gemaakt door bomen en planten 
  •  Zonder bomen en planten kunnen we niet leven

Slide 30 - Tekstslide

Soms te weinig zuurstof
  • Sommige gassen jagen de zuurstof weg
  • Een voorbeeld is koolmonoxide
  • Deze stof kan er voor zorgen dat je stikt
  • Koolmonoxide is dus erg gevaarlijk

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video

Werken in besloten ruimte
  • Soms werk je in een besloten ruimte
  • Dit kan erg gevaarlijk zijn
  • Verse zuurstof kan dan niet in de ruimte komen
  • Je kan dan duizelig worden of zelfs stikken

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Video

Maatregelen bij werken in besloten ruimte:
  • Werk niet alleen.
  • Zorg dat er iemand op de uitkijk staat.
  • Zorg voor voldoende frisse lucht.

Slide 36 - Tekstslide

Hoe zorg je voor frisse lucht?
  • Frisse lucht in een ruimte is erg belangrijk.
  • Dit zorgt ervoor dat er voldoende zuurstof is.

Slide 37 - Tekstslide

Hoe zorg je voor frisse lucht?
  • Zet een raam open.
  • Zorg dat er ventilatie is.
  • Laat een deur open.
  • Zorg voor een goede afzuiger.

Slide 38 - Tekstslide

Hoe zorg je voor frisse lucht?
A
Zet een raam open
B
Doe de ventilator aan
C
Doe de verwarming uit

Slide 39 - Quizvraag

Wat kan er gebeuren bij zuurstoftekort?
A
Je kunt misselijk worden
B
Je kunt het koud krijgen
C
Je kunt stikken

Slide 40 - Quizvraag

Slide 41 - Video

Preventie verstikkingsgevaar

Slide 42 - Tekstslide

Verstikkingsgevaar
  • Soms werk je in een besloten ruimte
  • Er kan dan verstikkingsgevaar ontstaan
  • Dit betekent dat er te weinig zuurstof is
  • Dit kan komen door slechte gassen in de lucht
  • Ook zorgt slechte ventilatie voor gevaar

Slide 43 - Tekstslide

  • Preventiemaatregelen
  • Preventiemaatregelen zijn erg belangrijk
  • Preventie betekent voorkomen
  • Het gaat hier om het voorkomen van gevaar
  • Een voorbeeld van preventie zijn handschoenen
  • Je voorkomt hierdoor dat je bij snijden je vingers bezeert

Slide 44 - Tekstslide

Preventiemaatregelen verstikking

  • Het is belangrijk dat je voorkomt dat je kunt stikken
  • Er zijn veel maatregelen die dit kunnen voorkomen
  • Een zuurstofkap zorgt er voor dat je niet stikt
  • Dit is belangrijk als je met giftige stoffen werkt

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide

Voorkom verstikkingsgevaar
  • Zorg voor voldoende frisse lucht
  • Zorg voor een goed afzuigsysteem
  • Zorg dat er iemand op de uitkijk staat
  • Werk nooit alleen

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Tekstslide

Slide 49 - Tekstslide

Slide 50 - Video

Waarom dragen de mensen mondkapjes?
A
Dit staat stoer
B
Dit beschermt tegen rook
C
Dit moet van de regering

Slide 51 - Quizvraag

Waar dienen mondkapjes voor?
A
Ze houden schadelijke stoffen tegen
B
Ze zorgen voor frisse lucht
C
Je bent hierdoor beter te verstaan

Slide 52 - Quizvraag

Romano : 17/95
Dymain: proefexamen 
Ashley: zelfstandig een proefexamen maken
Bryan: proefexamen
Tijmen: 11/95
Willem: 25/95
Daniëlle: proefexamen en herhalen voor examen B
Machiel: 61/95
Joyce: 90/95 
Niels: proefexamen

Slide 53 - Tekstslide

nu zelf aan de slag

timer
1:00

Slide 54 - Tekstslide