24-25 7.3 Zwaartekracht deel 1, g meten

Pak a.j.b. je spullen:
Timor
Faris
Lasse
Steven
Puck
Anna
Nisrine
Melanie
Lotte
Luuk
timer
0:30
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Pak a.j.b. je spullen:
Timor
Faris
Lasse
Steven
Puck
Anna
Nisrine
Melanie
Lotte
Luuk
timer
0:30

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag
Zwaartekracht

  • Controle huiswerk
  • Quiz F=m*a
  • De zwaartekrachtsconstante meten
  • Opgaven zwaartekracht
  • Exitticket

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk & Spullen bij?
Huiswerk was:
Opgaven: 2, 10, 11, 12 uit de Reader blz. 48
Opgaven: 13 & 14 uit de Reader blz. 48
Opgaven: 20, 21, 22 = blz. 230, Stencil 7.2


Morgen tijd om opgaven te bespreken!

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik duw met een kracht van 600 N tegen een auto van 1300 kg.
Wat is de versnelling?
timer
1:00
A
780.000 m/s²
B
0,46 m/s²
C
0,00046 m/s²
D
2,2 m/s²

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord: F = m*a
dus 600 = 1300*a
dus a = 600/1300 = 0,46 m/s²
A
780.000 m/s²
B
0,46 m/s²
C
0,00046 m/s²
D
2,2 m/s²

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik duw de auto van 1300 kg met 600 N, maar er is ook een wrijvingskracht van 150 N. Wat is de versnelling?
timer
1:00
A
0,46 m/s²
B
0,58 m/s²
C
0,12 m/s²
D
0,35 m/s²

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Antwoord: Ftotaal = 600-150 = 450 N
F=m*a --> 450 = 1300 *a
a = 450 / 1300 = 0,35 m/s²
A
0,46 m/s²
B
0,58 m/s²
C
0,12 m/s²
D
0,35 m/s²

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Krachten meten
Krachten kun je meten met een krachtmeter
 of veerunster

Als je hem verticaal laat hangen
met een gewichtje eraan,
dan lees je het aantal Newton af
waarmee de aarde aan het voorwerp trekt.


Meetbereik
Het meetbereik van deze krachtmeter is 0 - 1 N.
Meetbereik is datgene wat je van de laagste tot de hoogste waarde kunt meten.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zwaartekrachtsconstante meten
Hoe?
  • Tweetallen
  • Nodig: Veerunster ,  Statief ,  Gewichtjes
  • Zorg dat hij op 0 staat zonder gewichtje
  • Telkens een gewichtje erbij
      en de kracht aflezen - stop bij F-max.
  • Vul de tabel:
  • Maak een grafiek en bepaal de helling: 
  • Eén rechte lijn, vanaf (0,0),
      midden door de punten 
    -->  nauwkeurigheid
aantal gewichtjes
massa in kg
kracht in N
0
0
0
1
2
3
4
5
ΔmΔF

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Zwaartekracht
Fz=mg=m9,81

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zwaartekracht
Fz=mg=m1,62
Fz=mg=m9,81

Slide 12 - Tekstslide

Leerdoel: 
Het tijdig afkappen van ongewenst bij leerlingen. 

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Zwaartepunt

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig werken: Stencil   
eerste 5min. alleen & in stilte

Stencil  H.7  blz. 234
      Maak opgaven:
31, 32, 35, 37

                                   Klaar?: Kijk eens naar 40 en 41
timer
5:00
Fz=mg
gNoordpool=9,83kgN
gNederland=9,81kgN
gEvenaar=9,78kgN

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Exitticket: Bespreek en schrijf op!
Waarom is de zwaartekrachtsconstante
op de Noordpool kleiner
en op de Evenaar groter dan in Nederland?



                                   
timer
5:00
Fz=mg
gNoordpool=9,83kgN
gNederland=9,81kgN
gEvenaar=9,78kgN

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies


1. Wat is de formule om de zwaartekracht te berekenen
2. Wat is de waarde voor g in Nederland?
3. Hoe heet het aangrijpingspunt van de zwaartekracht op een voorwerp?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Link

Deze slide heeft geen instructies