Lezen H3

Welkom bij Nederlands!
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij Nederlands!

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?

  • Taalweetjes
  • Weet je het nog?
  • Nieuwe uitleg H3 Lezen
  • Gezamenlijk oefenen

Slide 2 - Tekstslide

Taalweetjes!
Ga naar je online werkboek, hoofdstuk 3. 
Klik op 'Hoofdstukopening - Taalweetjes'.
Maak voor jezelf opdracht 2 en 3. Deze bespreken we zo.

Slide 3 - Tekstslide

Een tekst bestaat uit:
A
Een inleiding en slot
B
Een inleiding en deelonderwerpen
C
Een inleiding, middenstuk en slot
D
Een titel, middenstuk en slot

Slide 4 - Quizvraag

Globaal lezen
Oriënterend lezen
Zoekend lezen
Ik wil weten wat het onderwerp van de tekst is.
Ik ben op zoek naar eventuele deelonderwerpen
Ik wil (snel) iets opzoeken in een tekst.

Slide 5 - Sleepvraag

Oriënterend lezen
Globaal lezen
Titel
Plaatjes
Anders gedrukte woorden
Tussenkopjes
De eerste alinea
Eerste en laatste zinnen van alinea's

Slide 6 - Sleepvraag

Lesdoelen

  • Ik kan de inleiding en slot van een tekst herkennen
  • Ik kan precies lezen om de hoofdgedachte van een tekst te bepalen.

Slide 7 - Tekstslide

Startopdracht Lezen H3

Slide 8 - Tekstslide

Over de inleiding van een tekst:
  • Dit is het eerste deel van een tekst;
  • Hier vind je het onderwerp;
  • Vaak wordt de lezer nieuwsgierig gemaakt;
  • Soms is de inleiding maar één alinea, maar soms ook meer.
Over het slot van een tekst:
  • Dit is het laatste deel van een tekst;
  • Hier vind je een conclusie of een korte samenvatting. Soms wordt er ook naar de toekomst gekeken.
  • Bij nieuwsberichten is er vaak geen slot.

Slide 9 - Tekstslide

Wat is NIET waar over de inleiding:
A
Hier vind ik het onderwerp
B
De inleiding bestaat altijd uit één alinea
C
De lezer wordt nieuwsgierig gemaakt
D
Dit is het eerste gedeelte van een tekst

Slide 10 - Quizvraag

Wat is NIET waar over het slot van een tekst:
A
In het slot vind ik vaak een conclusie of samenvatting
B
Alle teksten hebben een slot
C
Dit is het laatste onderdeel van een tekst
D
Het slot kan uit meerdere alinea's bestaan.

Slide 11 - Quizvraag

Wat denk jij dat er met 'hoofdgedachte' bedoeld wordt.

Slide 12 - Open vraag

Hoofdgedachte

De hoofdgedachte van een tekst is één zin die het belangrijkste samenvat wat er over het onderwerp gezegd wordt.

Slide 13 - Tekstslide

Hoe vind ik de hoofdgedachte?
  1. Bepaal wat het onderwerp is;
  2. Je leest de tekst precies ;
  3. Vaak staat de hoofdgedachte in de inleiding of in het slot, maar soms moet je hem zelf formuleren.

Slide 14 - Tekstslide

Wat is de juiste vorm van het onderwerp?
A
Een volledige zin
B
Eén of een paar woorden
C
Een werkwoord
D
Slechts één woord

Slide 15 - Quizvraag

Wat is de juiste vorm van de hoofdgedachte?
A
Een volledige zin
B
Eén of een paar woorden
C
Een werkwoord
D
Slechts één woord

Slide 16 - Quizvraag

Waar zoek je in een tekst de hoofdgedachte?
A
Titel
B
Inleiding
C
Kern
D
Slot

Slide 17 - Quizvraag

Oefenen met tekst

Slide 18 - Tekstslide

Bekijk de afbeelding

Wat is het onderwerp?

Slide 19 - Tekstslide

Bekijk de afbeelding

Geeft de afbeelding voldoende informatie als je mee wilt doen?

Slide 20 - Tekstslide

Lees de tekst
Opdracht: Lees de tekst.

Slide 21 - Tekstslide

Waarom vraagt Emerica speciaal aandacht voor Skatepark Amsterdam?
Antwoord
Gemeente Amsterdam wil het enige indoorskatepark in Amsterdam sluiten.

Slide 22 - Tekstslide

Wat is de hoofdgedachte van de tekst?
Antwoord

Hoofdgedachte: Het evenement Wild in the Streets wordt op 5 juli gehouden.

Slide 23 - Tekstslide

Pauze

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Zelfstandig oefenen
  • Maak opdracht 1, 2 en 4 van H3 Lezen. Wil je meer uitdaging?
  • Maak opdracht 3 en 5 van H3 Lezen

Gebruik de online omgeving van NN. Lukt dit niet? Ga dan naar blz. 73 van je boek. 

Slide 26 - Tekstslide

Wat is de hoofdgedachte?
Antwoord
In de gevangenis hebben niet alle gevangenen hetzelfde dagprogramma.

Slide 27 - Tekstslide

Dit vind ik nog moeilijk:

Slide 28 - Open vraag