Poëzie - Beeldspraak - Zelf doen

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Zelf een gedicht maken
Dit is een les waarin je zelf een gedicht schrijft. 
Als je het gedicht gaat schrijven, denk dan aan het volgende:

  • Je bent vrij om te schrijven wat je wilt, er is geen goed of fout. 
  • Ook al twijfel je soms over je gedicht, ga door totdat het af is. 
  • Een gedicht is geen verhaal: bekijk kritisch welke woorden
    overbodig zijn en schrap deze. 
  • Besteed aandacht aan je woordkeus.

Slide 2 - Tekstslide

Stap 1

Kies een gezegde of spreekwoord dat je leuk vindt.

Voor inspiratie kun je kijken op www.woorden.org
en klik op gezegden.

Noteer dit spreekwoord.

Slide 3 - Tekstslide

Stap 2

Lees het spreekwoord alsof het letterlijk bedoeld is.

Bijvoorbeeld:
"Iemand onder de duim hebben"
Letterlijk zou dat betekenen dat iemand zijn duim op je hoofd drukt en jij eronder vastzit.

Slide 4 - Tekstslide

Stap 3

Kies een woord uit het spreekwoord.
Dat woord wordt je hoofdpersoon.

Bijvoorbeeld:
"Iemand onder de duim hebben"
de duim wordt mijn hoofdpersoon

Slide 5 - Tekstslide

Stap 4
Schrijven:
In regel 1 schrijf je een kenmerk van je hoofdpersoon

Schrijf je eerste regel

Slide 6 - Tekstslide

Stap 5
Schrijven:
In regel 2 schrijf je wat je hoofdpersoon 
goed kan.

Schrijf je tweede regel

Slide 7 - Tekstslide

Stap 6
Schrijven:
In regel 3 schrijf je wat je hoofdpersoon letterlijk meemaakt in het spreekwoord of gezegde.
Schrijf je derde regel

Slide 8 - Tekstslide

Stap 7
Schrijven:
In regel 4 schrijf je wat je hoofdpersoon daarvan vindt.

Schrijf je vierde regel

Slide 9 - Tekstslide

Stap 8
Schrijf het gedicht in het net.

Zorg dat je het zonder problemen zou kunnen voordragen voor de klas. 

Slide 10 - Tekstslide