In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 100 min
Onderdelen in deze les
Het interbellum
1918-1939
§ 1 Democratie en economische crisis
Slide 1 - Tekstslide
de tijd van wereldoorlogen 1900-1950
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoel
Aan het einde van de les kunnen jullie herkennen en uitleggen welke problemen Duitsland na de Eerste Wereldoorlog had, welke hulp zij hierbij kregen en de oorzaken en gevolgen van de economische crisis vanaf 1929.
Als een rijke vrouw al haar spullen moest verkopen om in leven te blijven, hadden gewone mensen het waarschijnlijk verschrikkelijk moeilijk.
Mensen maakten plezier en hadden tijd om naar het strand te gaan.
■ □ □ ■
Slide 5 - Tekstslide
1.1| Duitsland in de problemen
Slide 6 - Tekstslide
Interbellum
Een interbellum (van het Latijn inter, tussen en bellum, oorlog) is een periode tussen twee oorlogen.
Het interbellum is de periode tussen de Eerste en de Tweede Wereldoorlog (1918-1939)
Slide 7 - Tekstslide
Duitsland na de Eerste Wereldoorlog (1)
Eerste democratie in Duitsland: Republiek van Weimar (1919)
Verlies van de oorlog komt hard aan, zowel emotioneel als economisch.
De herstelbetalingen zijn niet op te brengen door de regering, en de inflatie is groot.
Slide 8 - Tekstslide
Duitsland na de Eerste Wereldoorlog (2)
Het vertrouwen in de republiek (democratie) is laag.
Verschillende groepen (extreemlinks /extreemrechts proberen de macht te grijpen (staatsgreep) en er is veel politiek geweld (o.a. moorden op politici)
Slide 9 - Tekstslide
Dolkstootlegende
Ontstaan dolkstootlegende (de oorlog was verloren doordat de regering de militairen in de steek hadden gelaten)
Slide 10 - Tekstslide
Bezetting van het Ruhrgebied
1923-1924
Duitsland kan de herstelbetalingen niet meer opbrengen. Gevolg: Franse troepen bezetten het Ruhrgebied.
Duitse reactie: Arbeiders staken met doorbetaling.
Hoe kan er worden doorbetaald als ze niet meer werken?
De Duitse regering drukte geldbiljetten bij.. Dit veroorzaakt waardevermindering en automatisch inflatie.
Slide 11 - Tekstslide
Prijzen voor 1 kilo brood (1923)
December 1921: 4 Mark
December 1922: 163 Mark
Januari 1923: 250 Mark
April 1923: 474 Mark
Augustus 1923: 69.000 Mark
November 1923: 201.000.000.000 Mark
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Hitlers mislukte staatsgreep
1923
In deze chaos probeert Hitler een staatsgreep te plegen, dit mislukt.
Hij wordt gearresteerd en veroordeeld tot een gevangenisstraf van 5 jaar. In de gevangenis schrijft hij het boek 'Mein Kampf'
Slide 14 - Tekstslide
Volkenbond
1919-1946
De Volkenbond mislukt (zwak en niet daadkrachtig):
VS geen lid (wilt niet nogmaals in Europese problemen komen)
Duitsland en Sovjet-Unie geen lid (als verliezers van WOI)
Had geen eigen leger.
Slide 15 - Tekstslide
1.2| Hulp voor Duitsland
Slide 16 - Tekstslide
........................
........................
........................
...................................
...................................
...................................
Dawesplan
Slide 17 - Tekstslide
Duitsland
Frankrijk & Engeland
Amerika
Dawesplan: leningen
Herstelbetalingen
Leningen van WOI afbetalen & producten kopen
Dawesplan
Slide 18 - Tekstslide
Duitsland
1924-1929
Politiek en economisch gaat het beter met het land.
De Amerikanen steunen Duitsland met het Dawesplan. Mensen hebben weer vertrouwen.
Slide 19 - Tekstslide
Duitsland na de Eerste Wereldoorlog (1)
Eerste democratie in Duitsland: Republiek van Weimar (1919)
Verlies van de oorlog komt hard aan, zowel emotioneel als economisch.
De herstelbetalingen zijn niet op te brengen door de regering, en de inflatie is groot.
Duitsland in de problemen
Weinig vertrouwen in de Republiek van Weimar (Duitsland).
Ontstaan Dolkstootlegende (WOI verloren door egoïstische regering)
Republiek van Weimar kan de herstelbetalingen niet meer leveren.
Reactie: Fransen bezetten het Ruhrgebied, Duitsers gaan doorbetaald staken.
Hoe: Geld bijdrukken.
Gevolg: in 1923 enorme inflatie.
Hitler pleegt in deze chaos een staatsgreep.
Mislukt, Hitler moet de gevangenis in.
Interbellum: 1918-1939 (tussen de oorlogen)
Slide 20 - Tekstslide
Aan de slag
Maken opdrachten van § 1
3 TM 8, bladzijde 50 in WB
-> Tevens als huiswerk voor woensdag
Slide 21 - Tekstslide
Slecht
Veel
Weinig
Mislukten.
A
B
C
D
□ □
■
■ □
Slide 22 - Tekstslide
Dolkstootlegende
Wanneer Duitsland niet zou tekenen, zou de oorlog doorgaan en zou Duitsland nog armer uit de oorlog komen.
A
B
C
D
Slide 23 - Tekstslide
De prijzen van producten stijgen enorm. Je kunt steeds minder kopen voor hetzelfde bedrag. Geld wordt dus steeds minder waard.
Slide 24 - Tekstslide
Belangrijke landen als de VS, Sovjet-Unie en Duitsland waren geen lid en de Volkenbond had geen leger.
A B C D
Doordat de VS geld leenden aan Duitsland, kon Duitsland zijn economie weer opbouwen. Daardoor kon het weer geld verdienen en herstelbetalingen doen aan Engeland en Frankrijk.
Slide 25 - Tekstslide
1.3| Economische crisis vanaf 1929
Slide 26 - Tekstslide
Hulp voor Duitsland
Duitsland staat er alleen voor, de Volkenbond mislukt.
VS geen lid, wilt niet betrokken raken in Europa.
Dui. en Sovjet-Unie geen lid, als verliezers van WOI.
Volkenbond heeft geen eigen leger.
Duitsland geholpen door de Verenigde Staten.
Het Dawesplan zorgde voor goedkope leningen.
Slide 27 - Tekstslide
Crisis in de wereld
vanaf 1929
de Amerikaanse economie stort in en Amerika wilt zijn geld terug.
Het begin van een wereldwijde economische crisis.
Slide 28 - Tekstslide
Economische crisis
Oorzaak: te veel uitgaven -> hoe? -> geld lenen
1. Boeren en bedrijven om te kunnen investeren -> meer productie
2. Consumenten om producten te kopen
3. Aandeelhouders om aandelen in bedrijven te kopen.
-> Beurskrach
Slide 29 - Tekstslide
Beurskrach 1929
De aandelenmarkt stortte in, veel aandelen waren meer waard dan het bedrijf zelf.
Om te investeren, consumeren of aandelen te kopen.
Mensen konden hun lening niet terugbetalen.
Gevolg: Beurskrach (enorme koersdaling)
Amerika stopt het Dawesplan.
Enorme werkloosheid.
Slide 33 - Tekstslide
10 minuten aan de slag.
Lees 1.3 Economische crisis vanaf 1929 Maak opdracht 9 TM 12 en 14
Klaar?
Maak de samenvatting in je portfolio
Gezamenlijk opdracht 14 nakijken.
timer
10:00
Slide 34 - Tekstslide
Dawesplan
Dolkstootlegende
Inflatie
Beurskrach
Slide 35 - Tekstslide
Zij konden het geleende geld niet meer terugbetalen, omdat hun aandelen niets meer waard waren.
Gevolg
Oorzaak
Oorzaak
Gevolg
De groei van de Duitse economie was te danken aan geleend geld uit de VS. Dat viel ineens weg in 1929.
Doordat de beurzen in New York daalden, kochten Amerikanen ineens veel minder goederen uit andere landen. Dat betekende dat overal ter wereld de vraag naar producten afnam. Gevolg was werkloosheid in landen over heel de wereld.
Slide 36 - Tekstslide
Inflatie
Begin parlementaire democratie.
Oprichting Republiek van Weimar.
Dawesplan
Toetreden Volkenbond
Economische crisis, Beurskrach
Slide 37 - Tekstslide
Na de Eerste Wereldoorlog verloren veel Duitse burgers het vertrouwen in hun regering. Kies de antwoorden die uitleggen hoe dat komt.
A
De regering had het voor Duitsland vernederende Verdrag van Versailles getekend. Veel Duitse burgers waren daar kwaad om.
B
De regering legde de bevolking erg strenge wetten op. Toen Duitsland nog een keizer had, had de bevolking veel meer vrijheid.
C
De regering had de Republiek van Weimar veroverd. Dat was volgens veel Duitsers onverstandig, omdat het waarschijnlijk tot wraak van de geallieerden zou leiden.
D
De regering nam weinig effectieve maatregelen tegen de economische crisis.
Slide 38 - Quizvraag
Waarom werd Duitsland extra zwaar getroffen door de wereldwijde economische crisis?
A
Het Dawesplan werd stopgezet.
B
Duitsland had geld uitgeleend aan andere landen om de economie weer op te bouwen.
C
Hitler had enorme schulden gemaakt om het leger weer op te bouwen.
D
De Amerikaanse president had opdracht gegeven om alle Duitse producten uit Amerikaanse winkels te halen.
Slide 39 - Quizvraag
Een vrouw laat haar kachel branden op papiergeld. Waar en wanneer is deze foto gemaakt?
A
in de Verenigde Staten, kort na de beurskrach van 1929
B
in Duitsland, tussen 1921 en 1924, toen de inflatie extreem hoog was
C
in Italië, kort nadat Mussolini aan de macht kwam.
D
in de Republiek van Weimar, direct nadat de keizer naar Nederland was gevlucht