2T2 - 08-04

• Frans
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Ga alvast rustig zitten, je hebt je laptop nog niet nodig  

Vak: Frans

Docent: meneer Groenen (GRP)

Vorige les

- Filmpje: over broers en zussen

- Lees-en luistertoets bespreken

- Vlogs

- Uitleg: werkwoorden op -er

- SlimStampen: 8 minuten (oortjes)

- Grandes Lignes: opdrachten onderdeel H

Lesdoel: aan het eind van de les kun je regelmatige werkwoorden op -er gebruiken/vervoegen.

Deze les

- Filmpje: banlieues

-  Vlogs

- Uitleg: werkwoorden op -er + onderwerp

- SlimStampen: 10 minuten

- Grandes Lignes: opdrachten onderdeel H

Lesdoel: aan het eind van de les kun je regelmatige werkwoorden op -er gebruiken/vervoegen.

Filmpje: banlieues

1. Noem 3 kenmerken van een banlieue

2. Welke Franse woordjes heb je gehoord?

Filmpje: banlieues

Kenmerken: voorstad, probleemwijk, kansarm, armoede, rellen, jongeren, gastarbeiders.

Woordjes: catastrophe (ramp), problèmes (problemen), violence (geweld), la police (de politie)

Vlogs

maison -> spreek uit als 'mèzon'

ans -> spreek uit als 'an'

soeur -> spreek uit als 'seur'

lit -> spreek uit als 'li'

chaise -> spreek je uit als 'sjèze'

Ik heb gelet op:

Ben je in beeld?, woordjes en uitspraak

Regelmatige werkwoorden in het Frans

• Regelmatig werkwoord = wordt volgens regels vervoegd
• De meeste Franse werkwoorden eindigen op de letters-er. Voorbeeld van een werkwoord dat eindigt op -er = donner
• Als je -er van het werkwoord afhaalt, houdt je de stam over. Achter de stam zet je de uitgang. 
• De stam van donner is dus donn.

donner = geven

Als je de letters-er van donner hebt afgehaald, houd je de stam over -> donn. Daarna plak je er de uitgang achter.

                uitgang      donner                         geven

je            -e                  je donne                     ik geef

tu            -es               tu donnes                  jij geeft

il elle      -e                 il/elle donne             hij / zij geeft

on            -e                 on donne                   wij geven

nous       -ons           nous donnons         wij geven

vous        -ez             vous donnez              jullie geven / u geeft

ils/elles  -ent          ils/elles donnent     zij geven

Onderwerp vervangen

il = hij -> jongensnaam of le-woord

elle = zij -> meisjesnaam of la-woord

ils = zij (mannelijk meervoud)

elles = zij (vrouwelijk meervoud)

SlimStampen: H2, Me voilà -> Grammaire H: overhoren

tijd: 10 minuten

Voor jezelf

Grandes Lignes: hoofdstuk 2, onderdeel H

31a: lees zinnen en antwoord in het Nederlands

31b: lees uitleg en kijk/luister naar filmpje (oortjes)

31c: vervang de onderstreepte woorden door il, elle, ils of elles

31e: kies het juiste werkwoord

31f: vul het juiste werkwoord in

Tijd: 15 minuten

Deze les

- Filmpje: banlieues

-  Vlogs

- Uitleg: werkwoorden op -er + onderwerp

- SlimStampen: 8 minuten

- Grandes Lignes: opdrachten onderdeel H

Lesdoel: aan het eind van de les kun je regelmatige werkwoorden op -er gebruiken/vervoegen.