mein Stundenplan

Heute werden wir
die Hausaufgaben besprechen
ein wenig wiederholen
den Wortschatz rundum den Stundenplan lernen (inkl. Wochentage)
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Heute werden wir
die Hausaufgaben besprechen
ein wenig wiederholen
den Wortschatz rundum den Stundenplan lernen (inkl. Wochentage)

Slide 1 - Tekstslide

onderwerp
Het klaslokaal is heel groot.
Morgen krijgen wij het rapport.
Mevrouw, wanneer krijgen wij het proefwerk terug?

Slide 2 - Tekstslide

lijdend voorwerp
Mijn broer heeft nooit een gum mee.
Onze leraar kan de vraag goed verklaren.
De leerling vindt de les moeilijk.

Slide 3 - Tekstslide

Hoe ging die ook alweer?
Ik heb een broer. Ik heb een zus. Ik heb een huis. Ik heb geen broer en zus. Ik ga elke dag naar school.
Schrijf op.

Slide 4 - Open vraag

Merke dir / onthoud
Ich habe einen Bruder.
Ich habe eine Schwester.
Ich habe ein Haus.
Ich habe keine Geschwister.
Ich gehe jeden Tag in die Schule.

Slide 5 - Tekstslide

Übersetzungssätze
Het klaslokaal is heel groot. - Das Klassenzimmer ist sehr groß.
Morgen krijgen wij het rapport. - Morgen bekommen wir das Zeugnis.
Mevrouw, wanneer krijgen wij het proefwerk terug?
Frau Tiemersma, wann bekommen wir die Klassenarbeit/den Test zurück?
Mijn broer heeft nooit een gum mee. - Mein Bruder hat nie einen Radiergummi mit.
Onze leraar kan de vraag goed verklaren. - Unser Lehrer kann die Frage gut erklären.
De leerling vindt de les moeilijk. - Der Schüler findet die Stunde/den Unterricht schwierig.

Slide 6 - Tekstslide

Herhaling: Bij de Akkusativ (4e) komt er alleen dan een "einen" of "den" wanneer het....zijn.
A
mannelijke woorden
B
vrouwelijke woorden
C
onzijdige woorden
D
woorden in de meervoud

Slide 7 - Quizvraag

Hast du .... (een) Radiergummi?
Heb jij een gum voor mij?

Slide 8 - Open vraag

Der Lehrer kann ... (de) Hausaufgaben gut erklären.

Slide 9 - Open vraag

Hast du .... (een) Stift für mich?
Heb jij een pen voor mij?

Slide 10 - Open vraag

... Lehrer kann gut erklären.

Slide 11 - Open vraag

mein Stundenplan
siehe PPP

Slide 12 - Tekstslide