H3 + H4 Formuleren

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo, havo
• Leerjaar 1

Welkom!

Wat gaan we doen?

Terugblik H1 en H2 Formuleren

Formuleren H3 en H4

Zelfstandig aan het werk met de weektaak

agenda

dinsdag 23 november

maken H3 Formuleren

opdracht 1 t/m 3 

maken H4 Formuleren

opdracht 1 t/m 4

Formuleren doelen

• Ik kan een zin correct begrenzen door het zetten van een komma of punt. 
• Ik kan een voegwoord correct gebruiken.
• Ik kan correct verwijzen naar de- en het-woorden.
• Ik kan 4 verbanden tussen zinnen en alinea’s noemen. Ik kan deze herkennen aan hun signaal-woorden.
  
• Ik kan verwijzen naar mannelijke, vrouwelijke of onzijdige zelfstandige naamwoorden.
  

Terugblik

Ik kan correct verwijzen naar de- en het-woorden.

Ken je het jongetje ... daar staat?

1. die
2. dat
3. deze
4. dit

Het slachtoffer heeft een grote wond opgelopen, ... lastig zal genezen.

1. die
2. dat
3. deze
4. dit

Ik hoop dat de docent de afspraak ... we gemaakt hebben ook echt na zal komen.

1. die
2. dat
3. deze
4. dit

Mijn broertje won gisteren zijn eerste atletiekwedstrijd en ... vond ik geweldig!

1. die
2. dat
3. deze

Mijn broertje won gisteren zijn eerste atletiekwedstrijd en ... vond ik geweldig!

1. die
2. dat
3. deze

H3 Formuleren

De zinnen van een tekst houden verband met elkaar. Een tekst wordt duidelijker als de schrijver/spreker dat verband duidelijk aangeeft.

  

Je kunt verbanden leggen door signaalwoorden te gebruiken. Hieronder staan enkele verbanden in een schema. Bij elk verband vind je een aantal veelvoorkomende signaalwoorden.

signaalwoorden

opsomming

om te beginnen, ook, bovendien, en, daarnaast, vervolgens, verder, ten slotte

tegenstelling

maar, toch, echter, desondanks, aan de ene kant ... aan de andere kant, daar staat tegenover

signaalwoorden

tijd (chronologie)

eerst, daarna, dan, toen, eens, vroeger, nu, ooit, later, voordat

oorzaak-gevolg

daardoor, doordat, als gevolg van

reden

daarom, dus, omdat, want, namelijk, immers

signaalwoorden

toelichting (voorbeeld)

zo, bijvoorbeeld, neem nou, zoals

conclusie/samenvatting

kortom, dus, daarom, al met al, samengevat

voorwaarde

als (...dan), indien, tenzij, wanneer

H4 Formuleren

Om te voorkomen dat je in een tekst een zelfstandig naamwoord steeds herhaalt, gebruik je verwijswoorden. Een verwijswoord wijst terug naar een woord dat eerder genoemd is.

H4 Formuleren

Welk verwijswoord je gebruikt, hangt af van het woordgeslacht van het zelfstandig naamwoord waarnaar het verwijswoord terugwijst. Het woordgeslacht van een zelfstandig naamwoord is mannelijk (m), vrouwelijk (v) of onzijdig (o). Mannelijke en vrouwelijke woorden hebben het lidwoord de, onzijdige woorden hebben het lidwoord het.

Schatzoeken in je vrije tijd

Welk woord komt te vaak voor?

Door welke woorden kun je dit woord vervangen?

Schatzoeken in je vrije tijd

Schatzoeken blijft een aparte hobby. Toch kan het de moeite waard zijn. Schatzoeker Eric Schmitt vond vorig weekend een echte schat. De schat lag in een scheepswrak bij Florida. De schat bestaat uit 51 gouden munten en 40 gouden kettingen en de waarde van de schat wordt geschat op een miljoen dollar. Wel moet de schatzoeker 20 procent van de waarde van de schat afstaan aan de staat.

Schatzoeken in je vrije tijd

Welk woord komt te vaak voor?

Door welke woorden kun je dit woord vervangen?

agenda

dinsdag 23 november

maken H3 Formuleren

opdracht 1 t/m 3 

maken H4 Formuleren

opdracht 1 t/m 4