Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
doel-middel, vergelijking, voorwaarde
Tekstverbanden en signaalwoorden
1 / 43
volgende
Slide 1:
Tekstslide
LessonUp
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
In deze les zitten
43 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Tekstverbanden en signaalwoorden
Slide 1 - Tekstslide
Dit weet je al:
Slide 2 - Tekstslide
doel-middel, argument en conclusie
Slide 3 - Tekstslide
Je leert:
In een tekst herkennen:
doel-middel
vergelijking
voorwaarde
Slide 4 - Tekstslide
bldz. 35
Slide 5 - Tekstslide
Type hier een titel
doel- middel
verband
* geeft aan
welk middel
wordt gebruikt om een bepaald
doel te bereiken
.
* signaalwoorden:
opdat, zodat, om te, door middel van,
met behulp van
Slide 6 - Tekstslide
Type hier een titel
doel-middel
Slide 7 - Tekstslide
Type hier een titel
Voorbeelden doel-middel
Ik heb mijn wekker gezet,
opdat
ik op tijd op school ben.
Ze beantwoordde de vragen
met behulp van
het woordenboek.
Slide 8 - Tekstslide
Type hier een titel
Voorbeelden doel-middel
Ik heb mijn wekker gezet,
opdat
ik op tijd op school ben.
doel
: op tijd op school
middel
: wekker zetten
Slide 9 - Tekstslide
Type hier een titel
Voorbeelden doel-middel
Ze beantwoordde de vragen
met behulp van
het woordenboek.
doel
: vragen beantwoorden
middel
: het woordenboek
Slide 10 - Tekstslide
Type hier een titel
vergelijking/vergelijkend
verband
* Laat een
verschil
of een
overeenkomst
zien.
* signaalwoorden:
in vergelijking met, (net) als, evenals, zoals-
ook de vergrotende trap:
meer/groter/beter enz. dan
Slide 11 - Tekstslide
Type hier een titel
vergelijking
Je vergelijkt: wat hebben ze gelijk of waarin verschillen ze?
Slide 12 - Tekstslide
Type hier een titel
voorbeelden vergelijkend
verband
In vergelijking met
vorig jaar is het weer nu veel koeler.
vergelijking:
vorig jaar en nu
wat wordt vergeleken:
het weer
Slide 13 - Tekstslide
Type hier een titel
voorbeelden vergelijkend
verband
Mijn broertje houdt
net als
ik van voetbal.
vergelijking:
broertje en ik
wat wordt vergeleken:
voetbal
Slide 14 - Tekstslide
Type hier een titel
voorbeelden vergelijkend
verband
Mijn broertje houdt
net als
ik van voetbal.
vergelijking:
broertje en ik
wat wordt vergeleken:
voetbal
Slide 15 - Tekstslide
Type hier een titel
voorwaarde/voorwaardelijk
verband
* Maakt duidelijk onder welke
voorwaarden
iets gebeurt.
* signaalwoorden:
als (...dan), indien, tenzij, wanneer, mits
Slide 16 - Tekstslide
Type hier een titel
voorwaarde/voorwaardelijk
verband
Slide 17 - Tekstslide
Type hier een titel
voorbeelden voorwaardelijk
verband
Je mag uit de klas
tenzij
je de opdrachten af hebt.
voorwaarde:
toets is af
gevolg:
je mag uit de klas
Slide 18 - Tekstslide
Type hier een titel
voorbeelden voorwaardelijk
verband
Je mag de toets herkansen mits je het aanvraagformulier invult.
voorwaarde:
aanvraagformulier invullen
gevolg:
je mag de toets herkansen
Slide 19 - Tekstslide
Wie heeft een vraag?
Slide 20 - Open vraag
timer
0:20
doel-middel
vergelijking
voorwaarde
Geeft aan welk middel er wordt gebruikt om een bepaald doel te bereiken.
Laat een verschil of een overeenkomst zien.
Maakt duidelijk onder welke voorwaarden iets gebeurt.
Slide 21 - Sleepvraag
Zij is net zo creatief als haar moeder.
Welke tekstverband?
A
doel-middel
B
vergelijking
C
voorwaarde
Slide 22 - Quizvraag
Zij is net zo creatief als haar moeder.
Welk signaalwoord?
A
net
B
net als
C
zo
Slide 23 - Quizvraag
Type hier een titel
vergelijkend
verband
Ze is
net
zo creatief
als
haar moeder.
vergelijking:
ze - haar moeder
wat wordt vergeleken:
creativiteit
Slide 24 - Tekstslide
"Ik oefen elke dag gitaar, zodat ik beter kan worden in muziek."
Welke tekstverband?
A
doel-middel
B
vergelijking
C
voorwaarde
Slide 25 - Quizvraag
"Ik oefen elke dag gitaar, zodat ik beter kan worden in muziek."
Wat is het signaalwoord?
A
oefen
B
elke dag
C
zodat
Slide 26 - Quizvraag
"Ik oefen elke dag gitaar, zodat ik beter kan worden in muziek."
Wat is het doel?
A
elke dag oefenen
B
beter worden in muziek
C
gitaar
Slide 27 - Quizvraag
"Ik oefen elke dag gitaar, zodat ik beter kan worden in muziek."
Wat is het middel?
A
elke dag oefenen
B
beter worden in muziek
C
elke dag gitaar oefenen
Slide 28 - Quizvraag
Type hier een titel
doel-middel
verband
Ik oefen elke dag gitaar, zodat ik beter word in muziek.
doel:
beter worden in muziek
middel (hoe):
elke dag gitaar oefenen
Slide 29 - Tekstslide
Indien je de woorden goed leert, zal je de woordenschattoets goed maken.
Welke tekstverband?
A
doel-middel
B
vergelijking
C
voorwaarde
Slide 30 - Quizvraag
Indien je de woorden goed leert, zal je de woordenschattoets goed maken.
Welk signaalwoord?
A
indien
B
goed
C
woordenschat
Slide 31 - Quizvraag
Type hier een titel
voorwaardelijk
verband
Indien je de woorden goed leert, zal je de woordenschattoets goed maken.
voorwaarde:
woorden goed leren
gevolg:
woordenschattoets goed maken
Slide 32 - Tekstslide
Wie heeft een vraag?
This is an open question
Slide 33 - Open vraag
Maken: opdr. 1-bldz 35
timer
10:00
Slide 34 - Tekstslide
antw. opdracht 1 bldz. 35
timer
5:00
Slide 35 - Tekstslide
Maken: opdr. 2-bldz 36
timer
10:00
Slide 36 - Tekstslide
antw. opdracht 2 bldz. 36
timer
5:00
Slide 37 - Tekstslide
Kan je doel-middelverband, vergelijking en voorwaarden herkennen in een tekst?
Ja
Nee
Slide 38 - Poll
Wie worden vergeleken?
Slide 39 - Tekstslide
Write down three things you
have learned this lesson
This is an open question
Slide 40 - Open vraag
Ask a question about something you
haven't understood very well yet
This is an open question
Slide 41 - Open vraag
Type hier een titel
How to copy a slide
This lesson is complete! But how can you add similar slides to upcoming lessons?
1. Open this lesson.
2. Checkmark the slides you want to copy in the left side of your screen.
3. Click on
Copy
.
4. Navigate to the lesson you want to copy the slides to and click:
Copy here
.
Slide 42 - Tekstslide
Type hier een titel
How to change the colour of a slide
Do you want to add another colour to these slides? Here's how it works:
1. Navigate to the slide of which you want to change the colour.
2. Changing the background colour:
Select the
Droplet
at the top of the slide.
3. Changing the text colour:
Select the text and click on
Text colour
.
4. Choose the colour you like.
Slide 43 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Tekstverbanden en signaalwoorden
November 2024
- Les met
11 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Signaalwoorden en tekstverbanden
April 2017
- Les met
18 slides
door
Examentraining
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 4
Examentraining
3M Tekstverbanden
September 2022
- Les met
44 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
Les 10 dinsdag 1 oktober
September 2024
- Les met
33 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
MCAWIS mavo4 dt1 week 1 en 2 - Jurgen
September 2020
- Les met
16 slides
Wiskunde
Middelbare school
mavo
Leerjaar 4
Les 31 - Het verband oorzaak-gevolg
Januari 2024
- Les met
30 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
BSR 9/1 2(a)ha Lezen §3 Tekstverbanden en signaalwoorden
15 dagen geleden
- Les met
32 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
2w 7 november
Maart 2024
- Les met
23 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2