This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Spreekwoorden en uitdrukkingen
Slide 1 - Slide
inhoud
Intro spreekwoorden/ uitdrukkingen
Uitleg letterlijk/figuurlijk
verschil spreekwoord/uitdrukking
overleg betekenissen spreekwoorden
HW-nakijken lezen H5 opdr. 2
Boek 4?
Slide 2 - Slide
Doelen: aan het eind van de les
-Ken je het verschil tussen letterlijke en figuurlijke uitspraken
-Ken je het verschil tussen spreekwoord en uitdrukking
- Heb je de de betekenis van 15 spreekwoorden en uitdrukkingen geleerd.
Slide 3 - Slide
Spreekwoorden A, B, C
Maak in drie- of viertallen een A,B,C met spreekwoorden. Probeer voor zoveel mogelijk letters in het alfabet een spreekwoord of vaste uitdrukking te bedenken. Het lidwoord a/h begin v/h spreekwoord mag je wegdenken.
De groep met de meeste uitdrukkingen in volgorde van het alfabet wint een prijs.
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Dat kost me letterlijk mijn leven.
A
letterlijk
B
figuurlijk
Slide 6 - Quiz
Ik denk niet dat Tanja hier nog lang werkt, ze gooit er met de pet naar.
A
Letterlijk
B
Figuurlijk
Slide 7 - Quiz
Hij heeft op zijn laatste toets zoveel kansen laten liggen.
A
Letterlijk
B
Figuurlijk
Slide 8 - Quiz
Spreekwoord of Uitdrukking?
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Niet geschoten is altijd mis
A
spreekwoord
B
uitdrukking
Slide 12 - Quiz
Je hebt veel kritiek, maar zelf doe je niks: ik zou maar een toontje lager zingen.
A
spreekwoord
B
uitdrukking
Slide 13 - Quiz
Geld stinkt niet
A
spreekwoord
B
uitdrukking
Slide 14 - Quiz
Maak opdr. 1 (p. 150)
Probeer zelfstandig uit te vinden wat de betekenissen van de uitdrukkingen/ spreekwoorden zijn.