Samenhang

1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1,2

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Terugblik

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen 
Aan het einde van de les kan je:
- Uitleggen welke twee soorten van samenhang er zijn.  
- Verschillende soorten verbanden herkennen en benoemen binnen een tekst.
- Met enkel een onderwerp en een lijstje signaalwoorden een eigen tekst schrijven.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Samenhang
1. Geef een overzicht & Neem de lezer bij de hand
In dit reflectieverslag ga ik u uitleggen hoe het met mij gaat op het werk na twee jaar de verpleegkundige opleiding te hebben gevolgd. Door te vertellen over mijn ervaringen wordt ook duidelijk welk deel van de opleiding ik nu zit, welke verantwoordelijkheden ik heb gekregen, welke twee gebeurtenissen ik iets van heb geleerd, welke verwachtingen ik had van de opleiding en hoe het gaat qua samenwerking met de collega’s op het werk. Door hierop aan het einde te reflecteren probeer ik u een duidelijk beeld te geven van hoe het nu met mij gaat.

2. Maak met het gebruik van koppelwoorden van de tekst een samenhangend geheel. 
Omdat, vanwege, bijvoorbeeld, aangezien, maar, echter, ten eerste, ten tweede, stel je voor
   

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Tijd


Opsomming


Tegenstelling

Vergelijking

Oorzaak-gevolg


Doel-middel


Voorwaarde

Samenvattend

als, daarna, eerst, later, nadat, nu, sinds, terwijl, tijdens, toen, totdat,
uiteindelijk, vervolgens, voordat, vroeger, zodra, zolang

bovendien, daarnaast, en, ook, ten eerste ... ten tweede, tevens, verder,
ten slotte

maar, hoewel, toch, echter, aan de ene kant ... aan de andere kant, daarentegen, en dus niet 

evenals, in vergelijking met, soortgelijk(e), zo

als dit/ dan dat, als gevolg daarvan, daardoor, door, doordat, dus, het gevolg is,
het komt door, hierdoor, waardoor, zodat, vanwege, te danken aan, en dus

daarvoor, door middel van, om, met de bedoeling, om dat te bereiken, zodat, opdat, waarvoor

als, indien, mits, tenzij, in (/voor) het geval dat

samengevat, kortom, dus, al met al, vandaar, dat

Slide 5 - Slide

This item has no instructions



Tegenstelling
Het lijkt alsof het gebruik van signaalwoorden niet zo nodig is, maar ze zijn noodzakelijk om binnen een tekst iets duidelijk te maken.

Vergelijking
Of naja, noodzakelijk? Zie het als een boek zonder inhoudsopgave. 

Voorwaarde
Je begrijpt wel waar het over gaat, maar alleen als je er meer tijd in steekt. 

Samenvattend
Kortom, het is voor de lezer een stuk makkelijker als je wel signaalwoorden gebruikt. 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Schrijf een tekst over één van de volgende onderwerpen:
- Benaderingswijze
- Dementie en hoe je ermee omgaat
- Circulatie 
- Mantelzorgondersteuning 

Gebruik minstens één signaalwoord uit elk van de zes kolommen.


eerst
aanvankelijk
nadat
daarna
later(e)
wanneer 
tegelijkertijd

ten eerste, ten tweede, etc.
daarnaast
bovendien
vervolgens 
ten slotte
zowel ... als
een ander argument
maar
echter
toch
desalniettemin
desondanks
daarentegen
daardoor
waardoor
dat komt door
 als gevolg van
door (dit alles)
op grond van
concluderend
daardoor
hieruit volgt
vandaar dat
uit dit alles blijkt
als
indien
tenzij  
mits  
aangenomen dat
gesteld dat

Slide 7 - Slide

1. Voorwaarde
2. Opsomming
3. Tijd
4. Tegenstelling
5. Samenvattend
6. Oorzaak-gevolg
Plaats deze verbanden bij de juiste rijtjes 
1. Voorwaarde
2. Opsomming
3. Tijd
4. Tegenstelling
5. Samenvattend
6. Oorzaak-gevolg

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

3. Tijd
eerst
aanvankelijk
nadat
daarna
later(e)
wanneer 
tegelijkertijd

2. Opsomming 
ten eerste, ten tweede, etc.
daarnaast
bovendien
vervolgens 
ten slotte
zowel ... als
een ander argument
4. Tegenstelling
maar
echter
toch
desalniettemin
desondanks
daarentegen
6. Oorzaak-gevolg
daardoor
waardoor
dat komt door
 als gevolg van
door (dit alles)
op grond van
5. Samenvattend concluderend
daardoor
hieruit volgt
vandaar dat
uit dit alles blijkt
1. Voorwaarde
als
indien
tenzij  
mits  
aangenomen dat
gesteld dat
1. Voorwaarde
2. Opsomming
3. Tijd
4. Tegenstelling
5. Samenvattend
6. Oorzaak-gevolg
De goede verbanden

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Afronden opdracht
1. Was het moeilijk om de tekst te schrijven?
2. Welk verband had je fout geraden en waarom? 
3. Wat viel er verder op? 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen 
Aan het einde van de les kan je:
- Uitleggen welke twee soorten van samenhang er zijn.  
- Verschillende soorten verbanden herkennen en benoemen binnen een tekst.
- Met enkel een onderwerp en een lijstje signaalwoorden een eigen tekst schrijven.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Vooruitzicht
Week 8: Tweede Paasdag
Week 9: Moeilijke woorden 30 seconds
Week 10: Verdiepingsweek --> Verslag doelgroep

Periode 4 - Afmaken Taaltaken: 
- Functioneringsgesprek

Slide 12 - Slide

This item has no instructions