Groep thuis plaats jullie vragen/wensen in de chat.
Slide 2 - Slide
This item has no instructions
Slide 3 - Slide
Lege slide om de vragen te beantwoorden op het bord.
Groep thuis
Zelfstandig voorbereiden op de toets.
- Oefentoets
- Afsluitende opgaven H2 en H4
- SO andere versie maken
10 minuten voor het einde van de les afsluiting/ vragenrondje
Slide 4 - Slide
This item has no instructions
Oefenopgave
Een auto met een massa van 2200 kg wordt weggetakeld met behulp van een kabel. De kabel zit onder een hoek van 23 graden met de horizontaal aan de auto vast. De spankracht in de kabel is 450 N. De wrijvingscoëfficiënt van het contactoppervlak tussen de banden van de auto en de weg is 0,007.
Bereken de snelheid van de auto na 5,0 s.
Verwaarloos de wrijving. De auto versnelt dus de gehele beweging.
Slide 5 - Slide
This item has no instructions
m = 2200 kg
α = 23 graden
F_span = 450 N
f = 0,007
t = 5,0 s
v_begin = 0 m/s
v_eind = ?
Slide 6 - Slide
This item has no instructions
Oefenopgave 2
Een auto rijdt met een constante snelheid op een rechte weg. Plotseling steekt een hert de weg over. De automobilist maakt een noodstop en komt 4,3 s later en 45 meter verderop tot stilstand. Bereken met welke snelheid (in km/h) hij oorspronkelijk reed.
Slide 7 - Slide
This item has no instructions
Slide 8 - Slide
This item has no instructions
Voorbereiden toets
Zelfstandig voorbereiden op de toets.
- Oefentoets
- Afsluitende opgaven H2 en H4
- SO andere versie maken
Slide 9 - Slide
This item has no instructions
Opgave rekenen
Een atleet werpt een speer met een massa van 800 g. Hij gooit vanuit stilstand. Hij oefent een constante kracht uit over een afstand van 1,5 m. De kracht die de atleet levert, is gelijk aan 100 N.
A. Bereken met welke snelheid de atleet de speer wegwerpt.
B. Leg uit of een twee keer zo grote kracht een twee keer zo grote, minder of
meer dan twee keer zo groter snelheid oplevert.
Slide 10 - Slide
a = Fnetto / m = 100 / 0,8 = 125 m/s^2
s = 1/2*a*t^2 —> t = 0,15 seconden
a = ∆v/∆t —> ∆v = a * t = 125 * 0,15 = 18,75 = 19 m/s
B. F 2x zo groot —> a 2x zo groot —> t wortel 2 x zo klein —> minder dan twee keer zo grote snelheid.