Herhaling kracht en beweging - les 5


Herhaling grafieken

  1. Herhaling grafieken
  2. Examenopgave 'Bergtrein'
  3. Bespreken opgave 'Bergtrein'
  4. Afsluiting, wensen voor de laatste les
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson


Herhaling grafieken

  1. Herhaling grafieken
  2. Examenopgave 'Bergtrein'
  3. Bespreken opgave 'Bergtrein'
  4. Afsluiting, wensen voor de laatste les

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

de oppervlakte
methode

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Opgave grafieken
Schets het bijbehorende 
s,t-diagram op het digitale whiteboard
(link in de meet).

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions



Bergtrein
vraag 6, 7 en 8

Maak de examenopgave. 
Stel je vragen. 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Vraag 6
Bepaal de afstand die de trein op t = 20 s heeft afgelegd. 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Vraag 7
De massa van de trein met passagiers bedraagt 13·10³ kg. 
Bepaal de grootte van de resulterende kracht op de trein op t = 15 s. 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Vraag 8
v = constant
α = 28°
Fw = 6,0 kN
Teken de overige krachten die op de trein werken in de juiste verhouding tot de zwaartekracht. 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Wensen voor de laatste les.

Slide 15 - Mind map

This item has no instructions

Voorbereiden op het CP
Veel oefenen!
  • Laatste paragraaf 'Afsluiting' van H2 en H4 
  • Oefentoets
  • SO nogmaals maken (andere versie)
  • Wetenschapsschool.nl 

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Opgave rekenen
Een atleet werpt een speer met een massa van 800 g. Hij gooit vanuit stilstand. Hij oefent een constante kracht uit over een afstand van 1,5 m. De kracht die de atleet levert, is gelijk aan 100 N. 

A.   Bereken met welke snelheid de atleet de speer wegwerpt.

B.   Leg uit of een twee keer zo grote kracht een twee keer zo grote, minder of
       meer dan twee keer zo groter snelheid oplevert.

Slide 17 - Slide

a = Fnetto / m = 100 / 0,8 = 125 m/s^2
s = 1/2*a*t^2 —> t = 0,15 seconden
a = ∆v/∆t —> ∆v = a * t = 125 * 0,15 = 18,75 = 19 m/s

B. F 2x zo groot —> a 2x zo groot —> t wortel 2 x zo klein —> minder dan twee keer zo grote snelheid.