input taal 3

Taalles 30-3-2020
1 / 28
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Taalles 30-3-2020

Slide 1 - Slide

Doel van de les
Grammatica: zinnen met "zijn aan het..."
Schrijfopdracht: e-mail schrijven
Woordenschat oefenen
Online oefenen met Zebra: les 1 en les 2 klaar + registratie groep

Slide 2 - Slide

Grammatica

Slide 3 - Slide

Een zin met zijn aan het
Instructie:
Wil je zeggen dat iemand ergens mee bezig is? Gebruik dan zijn + aan het + werkwoord. Ook met liggen, staan, zitten, lopen en hangen + te kun je zeggen dat iemand ergens mee bezig is. 

Bijvoorbeeld:
Onze buren zijn weer ruzie aan het maken.
Ik ben een brief aan het schrijven.

Slide 4 - Slide

Een zin met zijn aan het
Instructie:
In dit soort zinnen is een vorm van het werkwoord zijn altijd de persoonsvorm! Aan het + werkwoord staan aan het eind van de zin.

Bijvoorbeeld:
Janos was het gras aan het maaien.
Was = persoonvorm.
Aan het maaien = staat achteraan in de zin.

Slide 5 - Slide

Zelf oefenen:
Geef antwoord op de vragen. Gebruik een vorm van zijn + aan het + de woorden tussen haakjes. 

1. Wat is Ameer aan het doen? (een boek lezen)
2. Wat is Ruth aan het doen? (Suna een brief schrijven)
3. Wat zijn jullie aan het doen? (een oefening uit Zebra maken)
4. Wat ben jij aan het doen? (mijn band plakken)
5. Waarom waren jullie gisteren niet thuis? (wandelen in het bos)
Voorbeeld
Wat is Diana aan het doen? (televisie kijken) 
Diana is televisie aan het kijken. 

Slide 6 - Slide

Schrijf hier de antwoorden op van de vorige opdracht. Schrijf de hele zin op!
Denk aan hoofdletters en leestekens.

Slide 7 - Open question

Schrijf 5 zinnen op over wat jij in het weekend aan het doen was. Gebruik een vorm van "zijn" en "aan het..." zoals je net hebt geoefend. Bij uitleg staat een voorbeeld.
Denk aan hoofdletters en leestekens.

Slide 8 - Open question

Schrijven

Slide 9 - Slide

Schrijfopdracht
Je gaat een oproep schrijven voor iemand die je niet kent. Omdat het een oproep is voor iemand die ongeveer van jouw leeftijd is, mag je “je” zeggen tegen die persoon. Bij iemand die ouder is dan jij, gebruik je u.
Wat schrijf je in de oproep? Je schrijf dat je op zoek bent naar iemand die iets leuks met jou kan gaan doen, iemand die dezelfde interesses/hobby’s heeft. Zorg dat je de email begint met een aanhef, schrijf daarna een verhaal van minimaal 15 zinnen en sluit de email ook weer netjes af. Schrijf daarbij iets over jezelf, maar stel ook zeker vragen aan de ander. Je moet tenslotte wel weten of de ander voor jou geschikt is als maatje.

Typ het verhaal op de volgende pagina (dia 11)

Slide 10 - Slide

Schrijf hier de e-mail
(= jouw oproep voor een maatje)
Let op correcte zinnen!

Slide 11 - Open question

Combineer het goede woord met het synoniem/de goede uitleg.
Niet weten van wie iets is
Iets vervelend vinden
Iets proberen
Contact maken
Dezelfde interesse hebben
Anoniem
Ergens aan storen
Een poging doen
Communiceren
Iets gemeen-schappelijks hebben

Slide 12 - Drag question

Combineer het goede woord met het tegenovergestelde. 
Weten dat het gaat komen
In deze tijd
Verwaand
Actie ondernemen
Op dezelfde plek blijven 
Afwachten
Verhuizing
Bescheiden
Onverwacht
Vroeger

Slide 13 - Drag question

Luisteren
Je gaat straks luisteren naar een luistertekst. In deze tekst verteleln twee mensen over hun eerste ontmoeting tijdens het Prinsengrachtconcert. Dit concert is een evenement dat elk jaar in augustus plaatsvindt. Het bestaat sinds 1981 en het is gratis toegankelijk. Het water van de gracht ligt atlijd vol boten met publiek en het wordt uitgezonden op televisie. 

Lees eerst de vraag. Ga daarna luisteren naar de tekst door het plaatje van een speaker te klikken. Geef antwoord met hele zinnen!

Slide 14 - Slide

Waar zijn deze twee mensen?

Slide 15 - Open question

Waarom ging Songul (de vrouwenstem) vorig jaar naar het concert?

Slide 16 - Open question

Waar werkt Frank?

Slide 17 - Open question

Wat voor baan het Songul?
A
Ze ontwikkelt nieuwe programma's
B
Ze werkt in de educatieve sector
C
Ze ontwikkelt projecten in de sociale en educatieve sector
D
Ze werkt op het Prinsengrachtconcert

Slide 18 - Quiz

Wat deed Songul toen Frank zijn hand op haar schouder legde?
A
Zij heeft zijn hand gekust
B
Zij pakte zijn hand
C
Zij deed zijn hand van haar schouder af halen
D
Zij deed niks

Slide 19 - Quiz

Wat voor gevoel geeft de muziek Frank?
A
Het maakt hem rustig
B
Het maakt hem rustig en gelukkig
C
Het maakt hem gelukkig
D
Hij vindt het heel sprookjesachtig

Slide 20 - Quiz

Er is 1 nummer heel speciaal voor Songul en Frank. Waarom is dat?
A
Het nummer betekent 'roos' en Songul betekent ook 'roos'
B
Op dat moment gaf Songul een kus op de hand van Frank
C
Het nummer gaf een heel sprookjesachtig gevoel
D
Tijdens het nummer heeft Frank Songul ten huwelijk gevraagd

Slide 21 - Quiz

Een week later ging Songul bij Frank in Tilburg op bezoek. Wat gebeurde er toen?
A
Frank gaf Songul voor het eerst een kus
B
Frank vroeg Songul ten huwelijk
C
Frank nam Songul mee uit eten
D
Frank vroeg of Songul met hem wilde samenwonen

Slide 22 - Quiz

Wat willen Songul en Frank dit jaar samen gaan doen?
A
Dansen op het Prinsengrachtconcert
B
Muziek maken op het Prinsengrachtconcert
C
Met honderden mensen naar het Prinsengrachtconcert gaan
D
Trouwen op het Prinsengrachtconcert

Slide 23 - Quiz

Online aan de slag
  • Je gaat online oefenen met tegenstellingen.
  • Op de volgende dia (dia 4) staat een website. 
  • Als je daar op klikt, dan voeg je jezelf toe aan mijn groep. 
  • Daarna kun je online opdrachten maken. 
  • Via dia 5 kun je op de goede website komen voor de oefeningen die je moet maken. 
  • Ga oefenen met de woorden en maak daarna de toets. 
  • Je hoeft niet alle oefeningen te doen, als je de toets maar goed maakt. Ik kan de resultaten zien en ik kan ook zien hoe lang je geoefend hebt. Dus doe je best. Lukt het niet, bel me dan even. Succes!


Slide 24 - Slide

Slide 25 - Link

Slide 26 - Link

Zijn er vragen of opdrachten die je niet begrijpt? Of heb je mogelijk wensen voor de volgende keer? Geef het dan hier aan.

Slide 27 - Open question

Einde van de les

Slide 28 - Slide