This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Aanpassingen dieren
Slide 1 - Slide
Herhalen Herhalen Herhalen!!
Slide 2 - Slide
Biologische evenwicht
Optimumkromme
Slide 3 - Drag question
Wat is een populatie?
A
Een boom
B
Verschillende dieren in een gebied
C
Een groep individuen vd zelfde soort in 1 gebied
D
Alles wat in een bepaald gebied leeft
Slide 4 - Quiz
Wat is een biologisch evenwicht?
A
Er zijn evenveel van twee soorten dieren.
B
Geboorte, sterfte en migratie van soorten zorgen voor een biologisch evenwicht.
C
Beide groepen wegen het zelfde.
Slide 5 - Quiz
Lesdoelen
Na deze les:
Weet je waarom dieren zich aanpassen aan het milieu?
Weet je wat gestroomlijnde dieren zijn?
Slide 6 - Slide
Aanpassingen bij dieren
Dieren hebben aanpassingen in het milieu waarin ze leven. Deze aanpassingen kunnen te maken hebben met voeding, voortbeweging, ademhaling en voortplanting
Slide 7 - Slide
Aanpassen aan het water
Gestroomlijnde lichaamsvormen
Hebben kieuwen en vinnen
Huid bedekt met schubben en slijm
Slide 8 - Slide
Aanpassen aan het land
Niet gestroomlijnd
Vaak zwaarder omdat ze hun eigen gewicht moeten dragen.
Stevige poten en zwaar skelet
Slide 9 - Slide
Aangepast aan land
zoolganger
teenganger
topganger/hoefganger
Slide 10 - Slide
Vogels (Poten)
Poten aangepast aan functie
Slide 11 - Slide
Vogels (snavel)
Priemsnavel: diep in de grond
Haaksnavel: in stukken scheuren
Pincetsnavel: voor kleine insecten
Kegelsnavel: voor het eten van zaden
Zeefsnavel: voor waterplantjes en kleine water diertjes
Slide 12 - Slide
www.npostart.nl
Slide 13 - Link
Wat is een gestroomlijnd lichaam?
A
Waslaagje die het lichaam bedekt
B
Verandering van kleur in het lichaam
C
Dit zijn de vinnen van een waterdier
D
Wanneer kop, lijf en staart in elkaar overlopen.
Slide 14 - Quiz
Een voorbeeld van een teenganger is een:
A
Mens
B
Paard
C
Beer
D
Hond
Slide 15 - Quiz
Lesdoelen
Na deze les:
Weet je waarom dieren zich aanpassen aan het milieu?