Werkwoordspelling

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1,2

Welkom

Werkwoordspelling v.t. 

Sterke ww

veranderen van klank

zwemmen - ik zwom

lopen - ik liep 

brengen - ik bracht

Zwakke ww

zij hebben hulp nodig van 

te(n) of van de(n)

't ex kofschip

weet je nog?

p.v.v.t. zwakke ww

• 't ex kofschip   --    laatste letter stam in t ex kofschip
• JA?  >> +te(n)
• NEE? >> + de(n)

Let op!!!!!

werkwoorden waarvan de 

v in f verandert 

of de z in s verandert

verven - ik verf 

je kijkt naar de V dus ik vorm + de(n)

Hij (branden) zijn vingers aan het vuur. (v.t.)

1. brand
2. brandde
3. brandt
4. brant

Hij (maaien) het gras in de achtertuin.
v.t.

1. maait
2. maaite
3. maaide
4. maaidde

Wij (verhuizen) vorige maand naar Amerika.

1. Verhuisten
2. verhuizen
3. verhuisden
4. verhuizden

Beschrijf in eigen woorden hoe je de verleden tijd van zwakke werkwoorden vormt.

Het gebeurd wel eens dat ik mij verslaap.
Wat is er niet goed en waarom?

(Worden) je vriendin binnenkort horecamedewerkster? t.t.

1. word
2. wordt
3. werd
4. werdt

(branden) jij die kaars op? t.t.

Hij (spelen) gisteren de hele dag met Samuel. v.t.

(Knutselen) je vader vaak aan die auto?
v.t.

1. knutselde
2. knutselt
3. knutselte
4. knutselden

(Groeien) die plant 10 centimeter per maand??? (v.t.)

1. Groeidt
2. Groeite
3. Groeit
4. Groeide

Hoe vaak hij het ook (proberen), het (lukken) hem niet. v.t.

Wanneer kan je -dt krijgen?