Jij/je achter de persoonsvorm

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Persoonsvorm

Hij wandelt in het park.
De persoonsvorm in deze zin is:

1. Hij
2. wandelt
3. in
4. het park

De jongens repareren de auto.
De persoonsvorm is:

1. Repareren
2. Auto
3. De jongens
4. De

Maria fietst naar school.
De persoonsvorm is:

1. Naar
2. School
3. Maria
4. Fietst

Ik maak met plezier mijn huiswerk.
De persoonsvorm is:

1. Met plezier
2. Mijn huiswerk
3. Maak
4. Ik

Zij eten graag vis met mayonaise.
De persoonsvorm is:

1. Zij
2. Eten
3. Graag vis
4. Met mayonaise

De jongens beklimmen een berg.
De persoonsvorm is:

1. Een berg
2. De jongens
3. Berg
4. Beklimmen

De meisjes gebruiken vaak shampoo.
De persoonsvorm is:

1. Gebruiken
2. Shampoo
3. De meisjes
4. Vaak

De docent geeft heel leuk les.
De persoonsvorm is:

1. Heel
2. Leuk
3. Geeft
4. De docent

Floor poetst haar tanden drie keer per dag.
De persoonsvorm is

1. Tanden
2. Drie keer
3. Poetst
4. Floor

Piet leest heel veel boeken.
De persoonsvorm is:

1. Piet
2. Leest
3. Heel veel
4. Boeken

Jij/Je achter de persoonsvorm

Persoonsvorm zonder -t

Voorbeelden

Vind jij het goed?

Loop jij naar het lokaal?

Betaal jij de boodschappen?

Ja of Nee

Wilt je weten wat?
Is WILT goed geschreven?

1. Ja
2. Nee

Loop jij graag in de winkelstraat?
Is LOOP goed geschreven?

1. JA
2. Nee

Belt jij hem even op.
Is BELT goed geschreven?

1. Ja
2. Nee

Brandt jij je vingers?
Is BRANDT goed geschreven?

1. Ja
2. Nee

Vindt jij haar ook leuk?
Is VINDT goed geschreven?

1. Ja
2. Nee

Schrijft je een brief?
Is SCHRIJFT goed geschreven?

1. Ja
2. Nee

Werk jij in de ochtend?
Is WERK goed geschreven?

1. Ja
2. Nee

Reist jij met de trein?
Is REIST goed geschreven?

1. Ja
2. Nee

Voetbalt jij drie keer in de week?
Is VOETBALT goed geschreven?

1. Ja
2. Nee

Repareer jij de auto in de garage?
Is REPAREER goed geschreven?

1. Ja
2. Nee

Top gedaan jongens!