Grammatica B5 1k PV, WG, OND

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Hoe gaat het
met jullie?

Hoe vind je het de persoonsvorm?

Hoe vind je het werkwoordelijk gezegde?

Hoe vind je het onderwerp?

Benoem de PV:
Jullie hebben bijna vakantie.

1. Jullie
2. hebben
3. vakantie
4. bijna

Benoem de PV:
Wij zitten achter de computer.

1. zitten
2. wij
3. computer
4. achter

Benoem het wwg:
Wij moeten thuis werken.

1. moeten
2. werken
3. thuis
4. moeten, werken

Benoem het wwg:
De minister gaat morgen een toespraak houden.

Benoem het OND:
Ik mis jullie.

1. mis
2. ik
3. jullie

Benoem het OND:
Vanuit hier wens ik jullie alvast een hele fijne vakantie!

Wat zijn de drie lidwoorden?

Geef een voorbeeld
van een ZN

Vinden jullie lessonUP prettig werken?