Noodweer

1 / 13
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 5

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat betekent extreem ?
A
iets extra's
B
Telkens anders
C
heel gewoon
D
niet gewoon

Slide 2 - Quiz

Slide 3 - Video

Wat is een stortbui ?
A
Een erg harde regenbui
B
een overstroming
C
regen die van het dak komt
D
regen, sneeuw en hagel tegelijk

Slide 4 - Quiz

waar gaat het bij verschroeien vooral om ?
A
dat er veel vlammen te zien zijn
B
dat het erg rookt en stinkt
C
dat je het vuur uit kunt zetten
D
dat je geen vlammen ziet

Slide 5 - Quiz

Wat is een ander woord voor het niet meer doen ?
A
plenzen
B
platliggen
C
veroorzaken
D
verschroeien

Slide 6 - Quiz

Wat is een ander woord voor wild en heftig ?
A
guur
B
doorweekt
C
onstuimig
D
gunstig

Slide 7 - Quiz

openbaar vervoer

Slide 8 - Mind map

Wat is het tegengestelde van snikheet ?
A
ijskoud
B
onstuimig
C
doorweekt
D
guur

Slide 9 - Quiz

Wat is geen weersomstandigheid ?
A
de stortbui
B
het openbaar vervoer
C
de orkaan
D
de hittegolf

Slide 10 - Quiz

Welk woord hoort er niet bij ?
A
extreem
B
wisselvallig
C
orkaan
D
windkracht 12

Slide 11 - Quiz

Wat past het best bij de weerman ?
A
Door het slechte weer rotten mijn groenten weg
B
Vandaag geregeld stortbuien met kans op hagel
C
Door de regen kunnen we niet naar de speeltuin
D
Bah, het regent en ik kan mijn papaplu niet vinden.

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Slide