Les 6: Hoofd- en bijzaken, hoofdgedachten, samenvatten

Hallo allemaal
- Berg je telefoon op in de tas en ga op je plaats zitten
- Leg je spullen voor Nederlands op je tafel
- Ga alvast lezen in je leesboek



1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with text slides.

Items in this lesson

Hallo allemaal
- Berg je telefoon op in de tas en ga op je plaats zitten
- Leg je spullen voor Nederlands op je tafel
- Ga alvast lezen in je leesboek



Slide 1 - Slide

Lezen
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Huiswerk checken
Welke vragen heb je nog n.a.v. het lezen van het leeswerkboekje hoofdstuk 1 tm hoofdstuk 5?

Slide 3 - Slide

Lesdoelen 
  • Ik kan hoofd- en bijzaken benoemen en van elkaar onderscheiden;
  • Ik kan de hoofdgedachte van een tekst herkennen;
  • Ik kan een korte tekst in eigen woorden samenvatten.

Slide 4 - Slide

2.5: grammatica
korte terugblik
Wat weet je al? Je mag eventueel in je boek spieken.

Wat zijn de tekstdoelen?
Waarom moet je naar de bronvermelding kijken?
Wat kan je in een inleiding zetten?
Wat kan je in het slot zetten?
Wat bedoelen we met de kernzin?
Waar vind je in een alinea vaak de kernzin?
Wat voor informatie geven de andere zinnen in de alinea?
Wat zijn verwijswoorden?

Slide 5 - Slide

Hoofd- en bijzaken 
Elke tekst gaat ergens over. Dat noem je het onderwerp van de tekst. 
Alle belangrijke informatie die over een onderwerp wordt gegeven, noem je hoofdzaken.
Minder belangrijke dingen noem je bijzaken. (voorbeelden, herhalingen, uitleg)

Als je opzoek gaat naar de hoofdzaken, lees je de tekst globaal:
- eerste alinea 
- de kernzinnen van de alinea's. In de kernzin staat meestal de hoofdzaak van de alinea
- de laatste alinea

Slide 6 - Slide

  • Hoofdzaken
           x Bijvoorbeeld feiten, jaartallen of eigenschappen van het onderwerp.
           x Meestal aan het begin of aan het eind van een tekst.

  • Bijzaken
           x Voorbeelden en extra uitleg
           x Maakt de tekst duidelijker, leuker of beter te begrijpen.

  • Als je een samenvatting maakt, schrijf je alleen de hoofdzaken op.

Slide 7 - Slide

Opdracht
Haal de hoofdzaken uit de tekst. 

De eerste alinea doen we samen, de overige 3 alinea's doe je met je schoudermaatje.

Slide 8 - Slide

Hoofdgedachte van een tekst
De hoofdgedachte = in 1 zin samengevat waar de tekst overgaat. 
Dit doe je door de hoofdzaken en het onderwerp met elkaar te verbinden. 

Aanwijzingen voor het bepalen van de hoofdgedachte:
  • Schrijf het onderwerp van de tekst op.
  • Stel de vraag: Wat vertelt de schrijver in deze tekst over het onderwerp?
  • Zoek naar een aanwijzing in de titel en/of de inleiding.
  • Vat de hoofdzaken over het onderwerp samen.
  • Formuleer de hoofdgedachte in één complete zin.
  • De hoofdgedachte is nooit een vraag.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Aan het werk
  • Lees in je werkboekje van leesvaardigheid hoofdstuk 'tips bij het maken van een (lees)toets' door en noteer je vragen
  • Maken én nakijken de opdrachten 24 tm 27 leestaak blz. 154 hoofdstuk 3

Klaar? 
  1. nakijken
  2. woorden oefen met de woordtrainer of lezen in je leesboek

Niet klaar? dan is dit je huiswerk

Slide 11 - Slide

Afsluiting 
- Wat is het verschil tussen een hoofdzaak en een hoofdgedachte?
- In welke zin vind ik vaak de hoofdzaak?


- wat ga jij nog doen om je zo goed mogelijk voor te bereiden op de toets?

Slide 12 - Slide

Huiswerk
  • Lees in je werkboekje van leesvaardigheid hoofdstuk 'tips bij het maken van een (lees)toets' door en noteer je vragen
  • Maken én nakijken de opdrachten 24 tm 27 leestaak blz. 154 hoofdstuk 3

Slide 13 - Slide