tag question

tag question
1 / 13
next
Slide 1: Slide
BedrijfseconomieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

tag question

Slide 1 - Slide

Question Tags

Slide 2 - Slide

Wat is een 'tag'?
A
Een kort vraagje aan het einde van een zin
B
Overbodige informatie uit een zin
C
Het onderwerp in een zin
D
Een zinloze zin

Slide 3 - Quiz

Question tags
 Question tags zijn de korte vragen die je regelmatig terugziet aan het einde van een Engelse zin. Je zou ze kunnen vertalen met "toch?" of "hè?".

Slide 4 - Slide

Question tags
NL: 
'Jij bent 14 maart jarig, is het niet?'
'Zij is arts, toch?'
-controlevraag

-uitnodiging tot antwoorden

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

TAG QUESTIONS:
Als de zin bevestigend (+) is, dan is de tag question....
A
ook bevestigend (+)
B
ontkennend (-)

Slide 7 - Quiz

Question Tags repeat

Slide 8 - Slide

Question tags 
Na een bevestigende zin ( + ),
komt een ontkennende ( - ) en andersom.
You're at school, aren't you?
He can't hear me, can he?
Hi there, it's Sharon, isn't it?

Slide 9 - Slide

TAG QUESTIONS:
Als de zin ontkennend (-) is, dan is de tag question....
A
bevestigend (+)
B
ook ontkennend (-)

Slide 10 - Quiz


You aren't hungry,

Thomas works fulltime,

We could help,


are you?

doesn't he?

Couldn't we?

Question tags

Question tag is een aangeplakte vraag.

- als de hoofdzin - is, is de question tag + en andersom.

- je gebruikt het onderwerp en werkwoord.


Slide 11 - Slide

In de tag kan je deze werkwoorden gewoon herhalen en n't erachter plakken of juist weghalen 

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link