Nuevos reglamentos para ciclistas, vwo 2015-2, texto 7
vraag 27: A, laatste zin van alinea: het gaat over de helmen (cascos) -> r. 15 ' la escasa solidez de los argumentos... (escasa = beperkt / schaars)
vraag 28: D, het gaat om een tegenstelling
r. 38-41: voorbeeld van slecht gedrag van fietsers
r. 41-45: voorbeeld van goed gedrag
vraag 29: B, Er wordt een vergelijking gemaakt met de motorrijders, die eerst ook protesteerden tegen de helm, maar hem later toch gingen dragen. Dat is ook de verwachting bij de fietsers.
Welke 10 woorden had jij genoteerd tijdens het maken van de tekst?