What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
el verbo ir
1 / 34
next
Slide 1:
Slide
Spaans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
This lesson contains
34 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
H4 clase de español
Bienvenidos chicas y chicos
Hoy es miércoles, 11 de diciembre de 2024
Slide 2 - Slide
La clase anterior?
Slide 3 - Mind map
¿Qué hora es?
Hoe zeg je...?
Het is één uur.
A
Son la una.
B
Es la una.
C
Es la una hora.
D
Son la una hora
Slide 4 - Quiz
¿Qué hora es?
A
Son las once y treinta
B
Son las diez y veintisiete
C
Son las once menos media
D
Son las once y media
Slide 5 - Quiz
Vamos al Instituto.
Vamos al HLZ
Slide 6 - Slide
OBJETIVOS (doelen)
Al final de esta clase los alumnos pueden usar el verbo ir.
Aan het einde van de les kunnen jullie het ww gaan vervoegen en gebruiken.
Slide 7 - Slide
Tarea:
Hoja de la profe
Onderstreep de werkwoorden
waarvan jij denkt dat ze een vorm van
gaan
zijn.
Slide 8 - Slide
timer
5:00
Slide 9 - Slide
Corregir
Slide 10 - Slide
IR
voy
vas
va
vamos
vais
van
Gaan
ik ga
jij gaat
hij/zij/u gaat
wij gaan
jullie gaan
zij / u mv gaan
Slide 11 - Drag question
timer
0:30
1
2
3
4
5
van
abuelos
a casa
de sus
ellos
Slide 12 - Drag question
Yo _______________ a la excursión, ¿ ___________ tú también?
timer
0:30
1
va - voy
voy - vas
voy - va
vas - voy
Slide 13 - Drag question
Yo voy
Nosotros vais
Ella vas
Ellos vamos
Usted va
Vosotros vais
nosotros vamos
Tú van
Slide 14 - Drag question
Practicamos el verbo IR
Ejercicio
Slide 15 - Slide
TAREA(opdracht)
In duo's pak je om de beurt een kaartje
1 van de twee leest de vraag voor in het Spaans
De ander zoekt het bijpassende kaartje
Daarna klassikaal:
Ieder tweetal krijgt een beurt waarbij de een de zin in het Spaans zegt en de ander de vertaling erbij vertelt.
timer
4:00
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Tú ... al centro en autobús.
A
vamos
B
voy
C
vais
D
vas
Slide 24 - Quiz
Vul de juiste vorm van IR in.
Yo ... a la escuela en bicicleta.
A
voy
B
vas
C
vamos
D
vais
Slide 25 - Quiz
Sara y yo... a la playa en metro.
A
vais
B
vas
C
vamos
D
voy
Slide 26 - Quiz
Mis amigos... al cine en coche.
A
vamos
B
voy
C
van
D
vais
Slide 27 - Quiz
Trabajar
Agenda vullen met 6 zinnen en activiteiten met tijd ,dag van de week en met wie?
Gebruik daarbij de juiste vorm van het werkwoord IR
Slide 28 - Slide
Ik weet hoe ik het werkwoord IR moet vervoegen
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 29 - Poll
Deberes
Agenda aanvullen met 6 zinnen en activiteiten met tijd ,dag van de week en met wie?
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Video
El verbo 'ir' (=gaan)
voy
ik ga
vas
jij gaat
va
hij, zij gaat
vamos
we gaan
vais
jullie gaan
van
zij (mv) gaan
Slide 32 - Slide
¿Cómo se pregunta 'Hoe laat is het'?
Slide 33 - Open question
¿Qué hora es?
A
Son las diez menos diez
B
Son las dos menos diez
C
Son las diez y diez
D
A las diez y diez
Slide 34 - Quiz
More lessons like this
el verbo ir
9 days ago
- Lesson with
33 slides
Spaans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
la escuela/el insituto
September 2024
- Lesson with
26 slides
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
25-10-lunes-v2-hora-ir
October 2021
- Lesson with
21 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
REPASO PARA LA PRUEBA HV2 2024
June 2024
- Lesson with
41 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
La hora + verbo IR
February 2023
- Lesson with
44 slides
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Het werkwoord 'ir'
December 2022
- Lesson with
19 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 1,2
Capitulo 4: el verbo IR, la hora y la negación
February 2024
- Lesson with
41 slides
Spaans
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 2
Oefentoets SO
March 2023
- Lesson with
31 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2