2.1 les 5 Verbinding/Element & molecuulformules

• Scheikunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

Welkom!

Neem plaats

volgends de 

plattegrond.

Tafels leeg

behalve een

pen.

2.1 Moleculen en atomen

Leg klaar: schriften en pennen

MiniSO1

Deze les

• MiniSO1
• Uitleg
• Oefenopdrachten op LessonUp
• Eigen werk

Leerdoelen

• Je kunt het verschil uitleggen tussen een element en een verbinding 
• Je kunt moleculen weergeven in molecuulformules 
• Je weet dat atomen in een molecuul bij elkaar blijven door middel van een atoombinding

.

Atomen zijn de bouwstenen van moleculen

Cl

H

H

O

O

C

C

O

H

Niet ontleedbare stof (element)

Elementen en verbindingen

Welke moleculen horen bij niet-ontleedbare stoffen (elementen) en welke bij verbindingen?

H

H

O

O

C

C

O

H

H

O

O

O

O

O

O

N

N

N

N

N

N

O

O

O

O

O

O

H

H

H

H

H

H

Verschil mengsel en verbinding op microniveau 

H

H

O

O

C

C

O

H

H

O

O

O

O

O

O

N

N

N

N

N

N

O

O

O

O

O

O

H

H

H

H

H

H

Verschil mengsel en verbinding op microniveau 

Een mengsel bevat verschillende soorten moleculen

C

C

O

O

O

O

N

N

N

N

N

N

O

O

O

O

O

O

Een mengsel bestaat uit meerdere stoffen en bevat dus  

verschillende soorten moleculen

Verschil mengsel en verbinding op microniveau 

H

H

O

O

H

H

O

O

O

H

H

H

H

H

H

Een verbinding is een stof waarvan de moleculen uit meerdere atoomsoorten bestaan.

(één soort molecuul)

Molecuulformules

De molecuulformule geeft de soort en het aantal atomen in een molecuul weer. 

Noteer

aantal atomen van elk atoomsoort

C

O

O

C

C

C

C

O

O

O

O

O

O

O

O

5CO₂

Noteer

De coëfficiënt geeft het aantal moleculen weer. Dit getal komt voor het molecuul te staan.

5CO₂

Formules van niet-ontleedbare stoffen (elementen)

Meestal: symbool met tussen haakjes de fase van de stof

voorbeelden:

Cu (s) Fe (s) C(s)

Let op: er zijn 7 niet-ontleedbare stoffen (elementen) die bestaan uit moleculen met twee atomen.

Formules van de zeven niet- ontleedbare stoffen die uit twee atomen bestaan.

Tabel 3 op bladzijde 65 in je boek

Klassikaal oefenen

Wat is de formule van
het volgende molecuul:

N

1. 
2. 
3. 
4. 

Wat is de formule van
het volgende molecuul:

1. 
2. 
3. 
4. 

Opdracht in je schrift

Maak een molecuultekening van het molecuul

Neem aan dat het zwavel atoom in het midden zit.

SO₂

Nakijken

Maak een molecuultekening van het molecuul

Neem aan dat het zwavel atoom in het midden zit.

SO₂

Hoeveel moleculen worden hiermee aangegeven?

3CH4

1. 1 molecuul
2. 7 moleculen
3. 4 moleculen
4. 3 moleculen

Hoeveel koolstofatomen zijn aanwezig in de aanduiding

3CH4? 

1. 1 koolstofatoom
2. 7 koolstofatomen
3. 4 koolstofatomen
4. 3 koolstofatomen

Hoeveel waterstofatomen zijn aanwezig in de aanduiding

3CH4? 

1. 1 waterstofatoom
2. 12 waterstofatomen
3. 4 waterstofatomen
4. 3 waterstofatomen

It dit een verbinding of een element?

3CH4

1. verbinding
2. element

Hoeveel moleculen en atoomsoorten worden hier aangegeven?

6O₂

1. 6 moleculen 1 atoomsoort
2. 2 moleculen 6 atoomsoorten
3. 6 moleculen 2 atoomsoorten
4. 2 moleculen 8 atomen

It dit een verbinding of een element?

O₂

1. verbinding
2. element

Hoeveel atoom-
soorten
zijn er afgebeeld?

1. 2
2. 3
3. 4
4. 5

Hoeveel moleculen
zijn er afgebeeld?

1. 3
2. 4
3. 6
4. 9

Wat blijft er hetzelfde bij het smelten van een stof?

1. Moleculen
2. Atomen
3. Atoombindingen
4. Alle bovenstaande

Eigen werk

• Doorlezen: H2.1
  
• Uit je hoof leren: tabel 2 tot en met 5
  
• Maken: H2.1 opgave 4, 10 en 11d