Les 1: Meer dan lezen Hoofdgedachte

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, k, g
• Leerjaar 1-4

Welkom:

Nodig: boek, schrift, plenda, leesboek.

Wat gaan we doen vandaag:

* Je leert wat de hoofdgedachte van een tekst is. 

Lesdoel

Aan het einde van de les: 
-  kun je de hoofdgedachte  van een tekst herkennen en benoemen.

- weet je het verschil tussen het onderwerp van een tekst en de hoofdgedachte van een tekst.

Filmpje:

Nieuw Nederkands

Welke vraag beantwoord je om het onderwerp te vinden?

Onderwerp 

Om het onderwerp van de tekst te vinden, stel je jezelf de vraag:

WAAR GAAT DE TEKST OVER?

Je geeft antwoord in maximaal 5 woorden.

Hoofdgedachte

De hoofdgedachte van een tekst is het antwoord op de vraag

WAT IS HET BELANGRIJKSTE DAT DE SCHRIJVER OVER HET ONDERWERP ZEGT?

Je geeft antwoord in 1 zin.

Welke vragen stel je jezelf als je de hoofdgedachte van een tekst wilt vinden?

1. Wat is het onderwerp van de tekst?
2. Waar gaat de tekst over?
3. Wat is het belangrijkste wat er over het onderwerp wordt gezegd?
4. Hoe kan ik in een zin het belangrijkste samenvatten wat de schrijver over het onderwerp zegt.

Wat is precies lezen?

1. De tekst van begin tot eind lezen.
2. Even naar de titel en tussenkopjes kijken.
3. De eerste en de laatste alinea lezen.
4. De tekst scannend lezen.

Wanneer moet je precies lezen?

1. Om het onderwerp te kunnen vinden in een tekst.
2. Om de hoofdgedachte in een tekst te vinden.

Wat is de hoofdgedachte?

De hoofdgedachte = ?

1. Man vindt vogelspin in fruit, dit is vrij uniek.
2. Arnhemmer Bart van den Akker houdt van druiven.
3. Albert Heijn vindt de vondst van een vogelspin uitzonderlijk.
4. De vrouw van Bart van den Akker koopt druiven.

Aan de slag:

Meer dan lezen, paragraaf 3 Hoofdgedachte

opdracht 1 maken we samen, daarna zelfstandig werk (zie ppt)

Wat heb je vandaag geleerd?