wk 13: les 1 (herhaling zinsdelen)

week 13 les 1 - V1c

  • 10 minuten stillezen
  • Nakijken huiswerk
  • herhalen alle zindelen + oefenen







timer
10:00
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

week 13 les 1 - V1c

  • 10 minuten stillezen
  • Nakijken huiswerk
  • herhalen alle zindelen + oefenen







timer
10:00

Slide 1 - Slide

Grammatica

Zinsontleding

Slide 2 - Slide

Stappenplan zinsontleding

De volgorde van ontleden en de vraag die je erbij stelt:






Stappenplan zinsontleding

De volgorde van ontleden en de vraag die je erbij stelt:

Slide 3 - Slide

Wat zoek je als eerste op in een zin?
A
onderwerp
B
persoonsvorm
C
lijdend voorwerp
D
zinsdelen

Slide 4 - Quiz

Verdeel de zin in zinsdelen. Hoeveel zinsdelen heeft deze zin?
Renzo schrijft graag elke dag een gedicht voor Nina.
A
3
B
5
C
4
D
6

Slide 5 - Quiz

Mijn zus is vervelend.
Deze zin heeft een ...
A
werkwoordelijk gezegde
B
naamwoordelijk gezegde

Slide 6 - Quiz

Het gebouw wordt afgebroken.
Deze zin heeft een...
A
werkwoordelijk gezegde
B
naamwoordelijk gezegde

Slide 7 - Quiz

Wat is het naamwoordelijk gezegde in deze zin?
De vervelende afwas bleef lang staan.
A
bleef
B
afwas bleef
C
afwas blijft vervelend
D
er is geen naamwoordelijk gezegde

Slide 8 - Quiz

Wat is het onderwerp in deze zin?
Het bekende Nederlandse televisieprogramma van John de Mol bestaat al meer dan vijf jaar.
A
meer dan vijf jaar
B
Het bekende Nederlandse televisieprogramma
C
Het bekende Nederlandse televisieprogramma van John
D
Het bekende Nederlandse televisieprogramma van John de Mol

Slide 9 - Quiz

Wie heeft mijn scooter gerepareerd?
mijn scooter =
A
onderwerp
B
meewerkend voorwerp
C
lijdend voorwerp
D
bijwoordelijke bepaling

Slide 10 - Quiz

Opa geeft zijn laatste gebakje weg.
opa =
A
onderwerp
B
lijdend voorwerp
C
meewerkend voorwerp
D
werkwoordelijk gezegde

Slide 11 - Quiz

Gisteren heeft de directeur een lezing gehouden.
Gisteren =
A
onderwerp
B
meewerkend voorwerp
C
lijdend voorwerp
D
bijwoordelijke bepaling

Slide 12 - Quiz

De mooie bloemen gaf ik haar op het feest.
haar =
A
onderwerp
B
lijdend voorwerp
C
meewerkende voorwerp
D
bijwoordelijke bepaling

Slide 13 - Quiz