Hoofdstuk 3 havo 3

Theorie
1 / 15
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with text slides.

Items in this lesson

Theorie

Slide 1 - Slide

Opgave 1
- Zakgeld € 20 per week
- Kleedgeld € 60 per maand
- Bijbaantje € 250 per maand
- Vakantiewerk € 720 per jaar

Wat is het inkomen per maand?  

Slide 2 - Slide

Opgave 1
- Zakgeld € 20 per week
- Kleedgeld € 60 per maand
- Bijbaantje € 250 per maand
- Vakantiewerk € 720 per jaar

Wat is het inkomen per maand?             
€ 456,67

Slide 3 - Slide

Opgave 1
- Huishoudelijke uitgaven € 120
- Vaste lasten € 200
- Reserveringsuitgaven € 80

Is er een financierings overschot of te kort en hoeveel?

Slide 4 - Slide

Spaardeposito
Dagelijks opvraagbare spaarrekening

Slide 5 - Slide

Spaardeposito
Dagelijks opvraagbare spaarrekening
- Vaste rente
- Spaargeld vast 
  voor langere tijd
- Opnamekosten 
- Boeterente


- Variabele rente
- Altijd opneembaar

Slide 6 - Slide

Theorie
blz 69

Slide 7 - Slide

Zes jaar geleden heeft Maureen € 4.000 gestort op de rekening van de Rabobank. Het vaste rentetarief was toen 4,5% per jaar. Bij opname geldt een boeterente van 1% over het op te nemen bedrag. Na precies vijf jaar heeft Maureen haar geld ineens nodig. Zij haalt het hele bedrag inclusief rente van de bank. De boeterente wordt berekend over het spaarsaldo inclusief de ontvangen rente. 

6 Welk bedrag kan Maureen opnemen? Geef de berekening.

Zes jaar geleden heeft Maureen € 4.000 gestort op de rekening van de Rabobank. Het vaste rentetarief was toen 4,5% per jaar. Bij opname geldt een boeterente van 1% over het op te nemen bedrag. Na precies vijf jaar heeft Maureen haar geld ineens nodig. Zij haalt het hele bedrag inclusief rente van de bank. De boeterente wordt berekend over het spaarsaldo inclusief de ontvangen rente. 

 --> Welk bedrag kan Maureen opnemen? Geef de berekening.


Opgave 2

Slide 8 - Slide

Zes jaar geleden heeft Maureen € 4.000 gestort op de rekening van de Rabobank. Het vaste rentetarief was toen 4,5% per jaar. Bij opname geldt een boeterente van 1% over het op te nemen bedrag. Na precies vijf jaar heeft Maureen haar geld ineens nodig. Zij haalt het hele bedrag inclusief rente van de bank. De boeterente wordt berekend over het spaarsaldo inclusief de ontvangen rente. 

6 Welk bedrag kan Maureen opnemen? Geef de berekening.

Spaarsaldo na 6 jaar:     €5209,04
Boete 1%                  €52,09
Op te nemen bedrag        €5156,95
Opgave 2

Slide 9 - Slide

Theorie
- Polis
- Polisvoorwaarden
- Eigen risico 

Slide 10 - Slide

Theorie
- Polis

- Polisvoorwaarden

- Eigen risico 

Het bewijs dat je verzekerd bent.
Hierin staat tegen welke voorwaarde je verzekerd bent
Een deel van de schade die niet wordt vergoed

Slide 11 - Slide

Theorie
Wanneer krijg je geld bij schade?

Schuld 
Opzet 
Nalatigheid 

Slide 12 - Slide

Opgave 3
Nynke heeft haar woning tegen brandschade verzekerd. De herbouwwaarde van de woning wordt geschat op € 200.000. De opstalpremie bedraagt 2‰. Voor de inboedel met een geschatte waarde van € 60.000 moet 0,5% premie worden betaald. De assurantiebelasting bedraagt 21%.

--> Bereken het bedrag dat Nynke per jaar aan premie inclusief belasting moet betalen.


Opgave 3

Slide 13 - Slide

Premie inboedelverzekering 0,5% van € 60.000 =  € 300
Premie opstalverzekering 2‰ van € 200.000 =     € 400
                                        Samen:  € 700
Assurantiebelasting 21% x € 700 =               € 147
                                        Totaal: € 847

Slide 14 - Slide

Theorie
Bestudeer opgave 27!

Slide 15 - Slide