Voorbereiden proefwerk H6

Herhalen Hoofdstuk 6 lj 2
1 / 26
next
Slide 1: Slide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Herhalen Hoofdstuk 6 lj 2

Slide 1 - Slide

Ik denk dat ik Hoofdstuk 6 goed begrijp en een goed cijfer kan halen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

Alle krachten zijn even groot.
A
waar
B
niet waar

Slide 3 - Quiz

Een kracht kan de vorm van iets veranderen.
A
waar
B
niet waar

Slide 4 - Quiz

Een kracht kun je zien.
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quiz

Tijdens een auto-rit is de snelheid steeds hetzelfde.
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quiz

Bij een eenparige beweging
A
blijft de snelheid gelijk
B
wordt de snelheid lager
C
wordt de snelheid hoger

Slide 7 - Quiz

Bij een versnelde beweging wordt de snelheid
A
groter
B
kleiner

Slide 8 - Quiz

Bij een vertraagde beweging wordt de snelheid
A
kleiner
B
groter

Slide 9 - Quiz

Een eenheid voor snelheid is: meter per seconde.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

Zwaartekracht meet je met een kracht-meter.
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quiz

Wat is de formule om gemiddelde snelheid te berekenen
A
snelheid =afstand : tijd
B
snelheid = tijd : afstand
C
tijd = snelheid x afstand

Slide 12 - Quiz

Iemand die alcohol heeft gedronken, heeft een langere reactie-tijd.
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quiz

Een voorbeeld van een hefboom is een bieropener
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quiz


Een hoofdsteun in de auto beschermt je gezicht.
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quiz

lastpunt
draaipunt
krachtpunt 

Slide 16 - Drag question

In welke eenheid wordt de snelheid van een auto aangegeven?
A
meter per seconde
B
kilometer per seconde
C
kilometer per uur
D
meter per uur

Slide 17 - Quiz

Tom gaat op vakantie. Ze rijden 400 km in 5 uur. Wat is de gemiddelde snelheid?

Slide 18 - Open question

Als je ouder bent is je reactie-tijd korter
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quiz

Als je alcohol of drugs gebruikt is je reactie=tijd langer.
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quiz

Als je erg moe bent is je reactietijd korter.
A
waar
B
niet waar

Slide 21 - Quiz

Welk woord hoort onder de rode streep?
A
remweg
B
reactie-tijd
C
reactie-afstand
D
stop-tijd

Slide 22 - Quiz

Wat hoort onder de rode streep?
A
remweg
B
reactie-tijd
C
reactie-afstand
D
stop-tijd

Slide 23 - Quiz

Om een zak aardappelen op te tillen is een kracht van 100 N nodig. Wat is de massa van de zak aardappelen.

Slide 24 - Open question

Ik denk dat ik Hoofdstuk 6 goed begrijp en een goed cijfer kan halen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Poll

Je gaat nu kijken of alles af is.
Leer de blauwe begrippen door de flitskaarten te gebruiken
Leer 'Onthouden'
Maak de oefentoets.
Je blijft in de les totdat je van mij mag gaan.

Slide 26 - Slide