4.5.1 Je kunt in een hefboom het draaipunt, het werkpunt en het lastpunt benoemen.
4.5.2 Je kunt in een hefboom de werkarm en de lastarm benoemen.
4.5.3 Je kunt bij een hefboom in evenwicht uitleggen op welke manier met een kleine kracht een grote kracht wordt uitgeoefend.
4.5.4 Je kunt enkele en dubbele hefbomen van elkaar onderscheiden.