Hoofdstuk 3 grammatica (les herhalen pv/vd/inf en ng/wg)

Welkom!
Leg alvast klaar:
  • je etui en je schrift;
  • je leerwerkboek.
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom!
Leg alvast klaar:
  • je etui en je schrift;
  • je leerwerkboek.

Slide 1 - Slide

Planning
  • Oefenen / herhalen / zelfstandig werken
  • Afsluiten van de les

Slide 2 - Slide

Werkmoment: jouw leervragen
Vandaag herhaal ik:
  • pv, vd, inf
  • ng en wg

Vrijdag herhaal ik ontleden
  • Test jezelf maken => groen
  • 3.5, 3.7, 3.8 en 3.9
  • gedichten 1.2, 2.2, 3.2 (online)

Slide 3 - Slide

PV / VD / INF
persoonsvorm (pv)
  • het werkwoord dat verandert als je de zin verandert van tijd
  • het werkwoord dat verandert als je het getal verandert

Wat zou hij tijdens de pauze gedaan hebben?
Wat zal hij tijdens de pauze gedaan hebben?
Wat zouden zij tijdens de pauze gedaan hebben?

Slide 4 - Slide

PV / VD / INF
voltooid deelwoord (vd)
  • begint meestal met ge-
  • krijgt geen ge- als het hele werkwoord begint met ver-, her- er-, be- en ont-
  • de handeling is voltooid (vaak hww in de zin)

Wat zou hij tijdens de pauze gedaan hebben?
Ben je naar school gefietst of ben je met de auto gebracht?

Slide 5 - Slide

PV / VD / INF
infinitief = hele werkwoord
  • heet ook wel woordenboekvorm
  • eindigt vaak op -en

Wat zou hij tijdens de pauze gedaan hebben?
Ik zal het aan hem vragen.

Slide 6 - Slide

WG of NG
NG: koppelwerkwoord (zijn, worden, blijven) met een aanvullend zinsdeel waarin een bn of zn staat. Onderwerp IS iets. Bij ng nooit een lv.

WG: alle werkwoorden in de zin. Denk aan aan het/te +infinitief en splitsbaar werkwoord (H 2.7). Onderwerp DOET iets.

Leer het stappenplan van p.208 uit je hoofd tot en met stap 5 = lijdend voorwerp.

Slide 7 - Slide

Voorbeeld
Door de regen zijn de tuintjes in zwembaden veranderd.


We zijn verdrietig geworden van die aanblik.

Slide 8 - Slide

Voorbeeld
Door de regen | zijn |  de tuintjes | in zwembaden | veranderd.
                                   wg             o                                                         wg

We | zijn | verdrietig | geworden | van die aanblik.
 o        ng            ng                   ng 

Slide 9 - Slide

Oefenen
Oefen met ng  / wg via zinnen in de studiewijzer.
Of Versterk Jezelf in de methode
  • Test jezelf maken => groen
  • 3.5, 3.7, 3.8 en 3.9
  • gedichten 1.2, 2.2, 3.2 (online)

Slide 10 - Slide

Afsluiting
Welke leervraag heb je nu beantwoord?
Aan welke leervraag ga je nog werken?

Slide 11 - Slide