4.4 Planten en dieren

4.4 planten en dieren blz 264

Log in bij deze Lesson UP
1 / 40
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 3

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

4.4 planten en dieren blz 264

Log in bij deze Lesson UP

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen?
Terugblik b4.3 Bacteriën en schimmels
Uitleg b4.4 Planten en dieren blz 264
Opdrachten maken b4.4
Afsluiting

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Bacteriën en schimmels zijn
A
producenten
B
consumenten
C
reducenten

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Hoe werkt antibiotica?
A
Die maakt virussen kapot
B
Die maakt celwanden van bacteriën kapot
C
Die maakt celwanden van virussen kapot
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Leerdoelen
Je kunt:
  • planten indelen door te kijken naar de bouw en de manier van voortplanten.

  •  dieren indelen door te kijken naar de symmetrie en het  skelet.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Rijk planten

Zaadplanten


Sporenplanten


Wieren (algen)

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Planten ordenen

wortels
stengels
vaten
bladeren 
bloemen


eencellig                         meercellig

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Planten ordenen
Meercellige planten worden ingedeeld bij vaatplanten.

Behalve Mossen!
Ze hebben geen vaten.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Vaatplanten
- Vaten voor transport van stoffen 
- Stengels, wortels en bladeren





Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Planten ordenen
Manier van voortplanting:
  • Zaadplanten

  • Sporenplanten

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Zaadplanten

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Video

This item has no instructions

Sporenplanten
Varens
Paardenstaart
Mossen

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Wieren (algen)
Eencellig of meercellig zijn.

Hebben geen wortels, stengels en bladeren.

Celdeling of  sporen

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Algen
(eencellig)
Wieren
(meercellig

Slide 15 - Slide

Algen en wieren zijn beide algen. Algen zijn veelal eencellig, maar ze kunnen ook meercellig zijn. De plantvormige algen noemen we wieren. 

Algen missen de organen die andere planten hebben.

In het verhaal van de 3 groepen zijn algen een aparte groep van de planten
     Opdracht 1 blz 269
Samen 1a

Zelf 1b - 1c - 2           tijd 4 minuten




Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Algen
Wieren

Slide 19 - Slide

Algen en wieren zijn beide algen. Algen zijn veelal eencellig, maar ze kunnen ook meercellig zijn. De plantvormige algen noemen we wieren. 

Algen missen de organen die andere planten hebben.

In het verhaal van de 3 groepen zijn algen een aparte groep van de planten
Wieren/ Algen
Wat zijn de kenmerken van wieren/ algen?


Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

RIJK VAN DE DIEREN

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Zeven stammen
  • Sponzen 
  • Holtedieren/ neteldieren
  • Wormen
  • Weekdieren
  • Stekelhuidigen
  • Geleedpotigen
  • Gewervelden 

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
Maak opdrachten van 4.4 
Kennis: 3
Inzicht:  6 - 7 - 9 blz 271

Klaar? 

Test Jezelf 4.4







Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Onder welke stam vallen wij als mensen
A
Geleedpotigen
B
Gewervelden
C
Neteldieren
D
Stekelhuidigen

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

Waar kijken we naar bij het ordenen van dieren?
A
Hoe ze zich voortplanten
B
Waar ze leven
C
Of ze een skelet hebben
D
Op wat voor soort poten ze hebben

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

Geen skelet
Inwendig skelet
Uitwendig skelet
Wormen
Vissen
Geleedpotige dieren

Slide 35 - Drag question

This item has no instructions

Bij welke stam van de planten liggen er sporenhoopjes aan de onderkant van bladeren?
A
Mossen
B
Paardenstaarten
C
Varens
D
Zaadplanten

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions

Sleep de passende stam naar het juiste dier.
Sponsdieren
Neteldieren
Weekdieren
Stekelhuidigen
Geleedpotigen
Gewervelden

Slide 37 - Drag question

This item has no instructions

Slide 38 - Video

This item has no instructions

Slide 39 - Video

This item has no instructions

Ordening in het DIERENRIJK

GEWERVELDEN: een wervelkolom, een schedel en ribben)

                  - Vijf groepen (Klassen):

                          1. VISSEN

                          2. AMFIBIËN

                          3. REPTIELEN

                          4. VOGELS

                          5. ZOOGDIEREN

Slide 40 - Slide

This item has no instructions