Les straattaal hfst 5/ 6

Lesje herhaling
hoofdstuk 5 en 6
1 / 29
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Lesje herhaling
hoofdstuk 5 en 6

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Video

This item has no instructions

Kent iedereen hier een beetje straattaal?
JA TOCH!
NEE MAN

Slide 3 - Poll

This item has no instructions

Leerdoelen
1. De leerlingen kunnen zelfs vliegen na deze les

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Hoofdstuk 5
  • import & export
  • betalingsbalans
  • Open en gesloten economie
  • Handel en wisselkoers
  • Europa

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Import & Export
Wat is import & export?
Doe het zo: Import: ......... Export: .........

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Betalingsbalans
Een overzicht van alle betalingen aan het buitenland en ontvangsten uit het buitenland.
  • Inkomsten
  • Uitgaven
Export -> er komt doekoe het land in -> inkomsten
Import -> er gaat doekoe uit -> uitgaven

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Import en Exportwaarde
Importwaarde a neef
Importwaarde = ingevoerde hoeveelheid x prijs per eenheid a bradda
Exportwaarde a bradda
Exportwaarde = uitgevoerde hoeveelheid x prijs per eenheid

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Het verkopen van goederen of diensten noem je ..1..
Het kopen van goederen of diensten uit het buitenland noem je ..2..

Slide 9 - Open question

internationale handel
Open en gesloten economie 
Bij een open economie gaan de zaken lekker met het buitenland.
Wat is dan een gesloten economie?
Wat heeft Nederland dan?

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Open economie: Land in verhouding veel import en export
Gesloten economie: Land in vehouding weinig import en export.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Handel en wisselkoers
Een goede internationale concurrentiepositie betekent dat een land beter en/of goedkoper kan produceren dan andere landen.
Prijs van vreemd geld ook invloed zoals de Dollar. 
Wat je neer legt om 1 Dollar te kopen noem je de wisselkoers.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Handel tussen 2 of meer landen noem je ..1..?
Landen die in verhouding meer importeren en exporteren dan het nationaal inkomen hebben een ..2.. economie.

Slide 13 - Open question

This item has no instructions

DE EUROPESE UNIE

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Europa zonder grenzen
Er is in de EU vrij verkeer van:
  • personen
  • goederen en diensten
  • doekoe

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

De eurozone
Een groot deel van de EU-landen betalen met 
dezelfde munt: de euro. Die landen zijn de Europese Monetaire Unie (EMU), ook wel de eurozone.
Een lijpe doel van de EMU is om gezamenlijk de euro munt te gebruiken.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Ben je er nog bij woulleh?

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Hoofdstuk 6
  • Welvaart
  • Hulpbronnen
  •  Ontwikkelingssamenwerking
  • Izjen lening
  • structurele hulp & noodhulp

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Welvaart & welzijn
Welvaart
hoeveel je met je tijd en geld je behoeften kunt voorzien.

Iemand die erg rijk is heeft een hoge welvaart. Hij kan veel meer in zijn behoeften voorzien dan iemand die skeer is.
Welzijn
Hoe gelukkig en tevreden ben je met je leven?

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Hulpbronnen en infrastructuur 
infrastructuur
infrastructuur = Wegen, havens, internet en elektriciteit. 
Natuurlijke hulpbronnen
bijvoorbeeld onvoldoende vruchtbare grond door mest beetje hayek.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Video

This item has no instructions

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Izjen lening
Arme landen hebben weinig geld om te investeren in bijvoorbeeld onderwijs en infrastructuur.
Bij de Wereldbank.
Hulporganisaties geven microkrediet aan kleine ondernemers.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

structurele hulp & noodhulp

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Gangsters wat is volgens jullie structurele hulp en wat is noodhulp?

Slide 26 - Open question

This item has no instructions

Soorten Hulp
Noodhulp: het sturen van medicijnen, voedsel, tenten bij rampen ( korte termijn)

Structurele hulp: gericht op oorzaken van armoede aan te pakken. doel: economisch zelfstandig worden (langer termijn)


Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Zijn er nog vragen Woulleh?

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Wat vonden jullie van zo'n lesje?
Tips en tops?

Slide 29 - Open question

This item has no instructions