Oefentoets, tijdvak 3&4

Oefentoets
Tijdvak 3 & 4 Begrippen
1 / 14
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Oefentoets
Tijdvak 3 & 4 Begrippen

Slide 1 - Slide

Een bewering:
Deze bron laat zien dat het Franse leger in die tijd feodaal en niet nationaal is georganiseerd.
Leg dit uit.

Slide 2 - Open question

Volgens sommige historici blijkt uit de bron een oorzaak van de toename van de horigheid in de vroege middeleeuwen in West-Europa.
Geef aan welke oorzaak dat is en leg vervolgens uit waardoor de koning
deze toename van de horigheid zorgwekkend vindt.

Slide 3 - Open question

Een mededeling van een Frankische koning uit 811:
 Redenen waarom mannen hun militaire verplichtingen1) niet nakomen:
Arme mannen beklagen zich erover dat zij worden beroofd van hun eigendom. Deze klachten richten zich zowel tegen bisschoppen, abten en hun zaakwaarnemers als tegen graven en hun plaatsvervangers.
Ze zeggen ook dat als iemand weigert de grond die hij in eigendom heeft af te staan aan een bisschop, abt, graaf of diens plaatsvervanger, deze laatsten naar een manier zoeken om die arme man te schaden. Ze dwingen hem bij iedere gelegenheid in het leger te gaan, totdat hij zo erg verarmd is dat hij zijn grond overdraagt of verkoopt, of hij nu wil of niet.

 noot 1 In het Frankische koninkrijk konden vrije mannen worden opgeroepen om tijdelijk in het koninklijk leger te dienen.

Slide 4 - Slide

Volgens de islam hoort iedere gelovige het heilige boek, de Koran, in het Arabisch te lezen.
Leg uit waardoor dit bijdroeg aan een efficiënter bestuur van het islamitische rijk.

Slide 5 - Open question

Oefentoets
Tijdvak 4 - Steden en Staten

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Tijdvak 3
Tijdvak 4
centralisatie 
hofstelsel
feodale stelsel
kerstening
gildes
kruistochten
eerste banken
Islam komt op
Karel de Grote
herendiensten
Investituurstrijd
stadsrechten

Slide 9 - Drag question

Waarom werden in de Late Middeleeuwen de Hanze opgericht?

A
Om in gezouten haring te kunnen handelen
B
Om veiliger handel te kunnen drijven
C
Om bepaalde steden machtiger te maken
D
Om meer schepen te kunnen veroveren

Slide 10 - Quiz

Welke bewering over deze bron is juist?
A
De bron laat een samenleving zien die grotendeels zelfvoorzienend is en waarin geld geen belangrijke rol (meer) speelt.
B
De bron gaat over de opkomst van de stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden.
C
De bron is afkomstig uit de tijd van monniken en ridders.
D
Geen van de genoemde beweringen is juist.

Slide 11 - Quiz


Bestudeer de bron. In de tijd van steden en staten ontstond in Nederland een landbouw-stedelijke samenleving.

Gaat de bron over een oorzaak of over een gevolg van die ontwikkeling?
A
een oorzaak
B
een gevolg

Slide 12 - Quiz

Is iedere stelling juist of onjuist?
JUIST
ONJUIST
Een domein is autarkisch (= zelfvoorzienend).

'Timmerman' is een voorbeeld van een gespecialiseerd beroep.
De Kerk was in de Middeleeuwen erg belangrijk.
De groep mensen die voor de Kerk werkt wordt de adel genoemd.
In de Vroege Middeleeuwen leefden de meeste mensen op het platteland. 

Slide 13 - Drag question

Is iedere stelling juist of onjuist?
JUIST
ONJUIST
Een stad met stadsrechten mocht zichzelf besturen.

Allen de koning van een land kon stadsrechten aan een stad verlenen.
Een stad met stadsrechten mocht haar eigen munt slaan.
In een middeleeuwse stad woonden vooral boeren.
In ruil voor stadsrechten betaalde een stad belasting aan de heer van het gebied.

Slide 14 - Drag question