schrijfvaardigheid: praten met iemand die er niet is

Doe je jas uit en muts/capuchon af. 
Leg je boek, je schrift en een pen op tafel. 
Zet je tas op de grond.
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Doe je jas uit en muts/capuchon af. 
Leg je boek, je schrift en een pen op tafel. 
Zet je tas op de grond.

Slide 1 - Slide

schrijfvaardigheid
praten met iemand die er niet is

Slide 2 - Slide

Vandaag:

H. 10 Praten met iemand die er niet is (blz. 42).

Je leert dat een informatieve tekst iedere zin een vraag beantwoord. 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Welke woorden ken je om een vraag mee te beginnen?

Slide 6 - Mind map

Welke vraag heeft de lezer bij de volgende beginzinnen? 
Je mag fluisterend overleggen. 

Slide 7 - Slide

Er zijn veel verschillen in gedrag tussen jongens en meisjes.

Slide 8 - Open question

Soms mag je een belofte breken.

Slide 9 - Open question

Gisteren werd Pozzuoli, in Italië, getroffen door een aardbeving.

Slide 10 - Open question

Een entreekaartje voor de dierentuin is in Duitsland spotgoedkoop.

Slide 11 - Open question

Maak opdracht 3 en 5 (blz. 43). 

Eerder klaar?

Maak opdracht 6 en 7 (blz. 44). 

timer
10:00

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Heb je het leerdoel bereikt?
R      Ik weet dat een schrijver van een goede informerende tekst in iedere zin een vraag van zijn lezer beantwoordt.
T1         Ik kan in een informerende tekst aanwijzen welke vragen van de lezer beantwoord worden.
T2         Ik kan beoordelen of een informerende tekst compleet is; aangeven waar eventueel zaken ontbreken en lange of vage zinnen verbeteren
I       Ik kan een korte informerende tekst schrijven waarin ik alle relevante lezersvragen beantwoord.

Slide 14 - Slide

Aan het einde van de les:
- Doe je je spullen in je tas
- Blijf je zitten tot de bel gaat

Als de bel gaat:
- Schuif je je stoel aan
- Loop je rustig naar de volgende les toe

Slide 15 - Slide