A6sp8 Periode 2, Les 5 LEVA - GSE (21-11-2022)

Bienvenidos

LESSONUP klascode: bfsjw
Meld je aan via de link in magister 29-08-2022


1 / 36
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Bienvenidos

LESSONUP klascode: bfsjw
Meld je aan via de link in magister 29-08-2022


Slide 1 - Slide

Metas / Objetivos (doelen)
Literatuur:
Je leert over enkele toppers uit de Spaanse literatuur en hun literaire context.

Leesvaardigheid: 
Je leert begrijpend lezen bij teksten op uiteenlopende terreinen en je leert werken met verschillende typen vraagstelling en leesstrategieën.

Grammatica en woordenschat: 
Je leert de imperfecto de subjuntivo herkennen in teksten.
Je werkt aan je woordenschat.

Slide 2 - Slide

naar smaak
A
acaso
B
tal vez
C
a lo mejor
D
a gusto

Slide 3 - Quiz

te (veel)
A
de repente
B
mediante
C
demasiado
D
hacia

Slide 4 - Quiz

nauwelijks
A
apenas
B
fuera
C
tan
D
entonces

Slide 5 - Quiz

met het oog op, gelet op
A
aún
B
tanto
C
ante
D
casi

Slide 6 - Quiz

Hoe vind je de hoofdgedachte in een alinea? Noteer de 4 stappen (Syll. p.11)

Slide 7 - Open question

Opbouw van een alinea (syll. p.11):
welke alinea-opbouw wordt NIET genoemd?
A
de hoofdmededeling staat in de eerste zin
B
de hoofdmededeling staat in de tweede zin (zin 1 is dan een inleiding op de hoofdmededeling)
C
de hoofdmededeling staat in de laatste zin, als conclusie van het voorgaande
D
de hoofdmededeling staat in de voorlaatste zin

Slide 8 - Quiz

El programa 
5m - INFO
15m - VOCAB 
20m - GRAM: El imperfecto de subjuntivo, H5 bron D + oef 37, H6 gram D+ oef 35ab
20m - LITERATURA: Carlos Ruiz Zafón, La sombra del viento
5m - deberes
              

Slide 9 - Slide

Les deberes fueron:
Estudiar:
Hoofdgedachte in een alinea: Syllabus 2.3.1 t/m 2.3.4 (p.10-13) + leer de spaanse vraagstellingen uit je hoofd S-N (vetgedrukt op p.12-13); Leer de vraagstellingen S-N (Paso adelante H10 p.74)
Leer uit je hoofd S-N: vocab syllabus p.72+73 S-N

Hacer: 
PA H10 oef 2, 3, 4, 6, 7 + Syllabus p.13 opgave 3-4 (zie ook p.28) + p.50-51 opgave 17 (in de les gedaan) + Caperucita roja t/m regel 14 ‘aposento’. Antwoorden syllabus.   Antwoorden PA hoofdstuk 10.
maken: syllabus p.29, VWO-examen 2005 eerste tijdvak, tekst 2, 3, 5, 6, Focus op de vraagnummers  in de syllabus.-> volgende les nakijken en bespreken

Slide 10 - Slide

Antwoorden syllabus opgave 3 en 4
3.1. A  (línea 1-2, eerste zin)                        3.2. A  (por = vanwege, línea 15)
3.3. De volgende twee zaken: (l. 30-35)
- meer mannen dan vrouwen plegen plagiaat 
- studenten van tegenwoordig zijn zich er niet van bewust dat zij een strafbaar feit plegen (met plagiaat) 

4.1. A      (zie ondertitel 'Aunque ...'  en de eerste zin van de tekst)
4.2. Eén van de volgende twee te noemen:  (línea 10-12)
- meer energieverbruik door gebruik van verwarming of airconditioning 
- meer uitstoot door vervoer (rijden op langere afstanden) 

Slide 11 - Slide

VOCABULARIO

Syllabus p.74

Slide 12 - Slide

20m - El imperfecto de subjuntivo 
Doel: het herkennen van de subjuntivo in zinnen/teksten, zodanig dat duidelijk is wat de betekenis van het woord is. 

Herhaling presente de subjuntivo: H5 bron D + oef 37
Nieuw: imperfecto de subjuntivo H6 gram D+ oef 35ab

Slide 13 - Slide

Repaso: subjuntivo
Mira las próximas páginas y contesta las preguntas: 

  1. ¿Qué significan los textos de las próximas páginas?
  2. ¿Qué destaca (wat valt op) en la conjugación de los verbos?

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

El (presente de) subjuntivo
'Espero que tengas un buen viaje.'

Gebruik van de subjuntivo:
  1. Een wil of een advies. (Quiero que..., Te aconsejo que...)
  2. Een wens of voorkeur. (Espero que..., Prefiero que...)
  3. Een onpersoonlijke uitdrukking van mening (Es importante que...)
  4. Twijfel of onzekerheid. (Dudo que...., No creo que ...)
  5. Emotie (Me alegro que...., Temo que ..... )

Slide 17 - Slide

Gram. C: El subjuntivo
Vorm van de subjuntivo:
  1. Neem de ik-vorm van de presente.
  2. Knip de uitgang -o eraf.
  3. Voeg de uitgangen toe.

Pregunta: 
Waarom staat er 'Neem de ik-vorm....' en niet  'Neem de stam van het werkwoord'?


                                                                                             ¿Terminado? Continúa con el ejercicio 31def.

Slide 18 - Slide

El imperfecto de subjuntivo
Tegenwoordige tijd: 
           Quiero que vengas (ik wil dat je komt)

Verleden tijd: 
           Quería que vinieras (ik  wilde dat je kwam / zou komen)

HACER: 
Herhaling: presente de subjuntivo, H5 bron D + oef 37
Nieuw: imperfecto de subjuntivo H6 gram D+ oef 35ab
timer
5:00

Slide 19 - Slide

Literatura 

Literatura: 'La sombra del viento'.
Literatuuropdrachten inleveren uiterlijk 22 december 2022 in postvak docent + op teams
(per dag te laat, halve punt aftrek)

De groepsopdracht staat op teams. 
4 personen per groep, intekenen op de gedeelde lijst.




Slide 20 - Slide

Carlos Ruiz Zafón 

El actor español más famoso del siglo XX hasta ahora.
( Barcelona 1964 - Los Angeles 2020)

Escribí muchos libros con gran fantasía, que sobre todo transcurren en un pasado misterioso.

Escuchad el comienzo del capítulo 4. 
Después: Haced la tarea en teams.

Slide 21 - Slide

Los deberes
Van de vorige keer: 
  • Maken syllabus p.29, VWO-examen 2005 eerste tijdvak, tekst 2, 3, 5, 6, Focus op de vraagnummers die worden genoemd in de syllabus. Estudiar:

Leren: 
  • Herhaal Hoofdgedachte (Syll. p.10-13) + leer de Spaanse vraagstellingen uit je hoofd S-N + Vocab syllabus p.74 S-N + Imperfecto de subjuntivo H6 gram. D

Hacer: 
  • afmaken oefening subjuntivo H5 oef 37 + H6 oef 35ab
  • intekenen voor de groepsindeling van literatuur (intekenlijst is gedeeld)

Slide 22 - Slide

Info: Toetsen en opdrachten
  • Tussentoets: leesvaardigheid en woordenschat (5%, niet herkansbaar), 12 december 2022
  • Toetsweek: Leesvaardigheid (5%, herkansbaar)
  • Literatuur: 2 nieuwe opdrachten + Lorca (15%, niet herkansbaar)
  • Portfolio: oefenexamen VWO 2016-2e tijdvak + vocab-dossier

Slide 23 - Slide

Vocabulario (20m)
1. Voor iedere les leer je een pagina woordjes S-N: 
  • Syllabus p.73 (bijwoorden) 
                       Hoe ga je het leren, wanneer, hoe vaak?

2. Idioomkennis, Syllabus p.49-51, paragraaf 3.3.2. 
  • Maken opgaven 17

3. Herkennen van werkwoorden in de verleden tijd 
  • Ga naar Caperucita Roja op TEAMS -> lees regel 9-14 (t/m ...aposento), onderstreep de werkwoorden en vul de tabel in. Jouw  tabel vind je op TEAMS v6sptl.

Slide 24 - Slide

Hoe ga je te werk bij een scanvraag?
A
orienteren op de tekst, vraag lezen, de plek in de tekst zoeken, dat deel grondig lezen, vraag beantwoorden
B
orienteren op de tekst, globaal lezen, vraag lezen en beantwoorden
C
de tekst grondig lezen, daarna de vraag lezen, dan zoeken naar het juiste antwoord
D
de vraag lezen, in de tekst zoeken naar de plek waar het antwoord staat, vraag beantwoorden

Slide 25 - Quiz

Wat vond je van deze les? 
Wat vond je goed, en wat kan beter? 
Beantwoord de vragen op de volgende slides.

Slide 26 - Slide

Wat vond je goed aan deze les?
Geef concrete voorbeelden.

Slide 27 - Open question

Kijk terug op deze les:
Wat kan beter?
Denk aan lesinhoud, vorm, werksfeer etc.

Slide 28 - Open question

Verbos: En resumen
  • Presente (llamo = ik bel)
  • Futuro: ik zal.... (llamaré = ik zal bellen)
  • Condicional: ik zou ... (llamaría = ik zou bellen)
  • Perfecto: ik heb/ben + volt dw. (he llamado = ik heb gebeld)
  • Pluscuamperfecto: ik had/was + volt dw. (había llamado = ik had gebeld)
  • Subjuntivo: bij wil, wens etc..., meestal in bijzin met 'que' (quieren que llame = ze willen dat ik bel)
  • Indefinido: verleden tijd bij (opsomming van) gebeurtenissen (llamé = ik belde / heb gebeld)
  • Imperfecto: verleden tijd als gewoonte, achtergrondbeschrijving (llamaba = ik belde)

Slide 30 - Slide

TEKST 9: Tussenkoppen plaatsen
Werkwijze: 
  • Orienteer je op de tekst.
  • Lees de tussenkoppen en zoek zonodig de vertaling op.
  • Ga naar de tekst en pas ELZA toe.
  • Plaats de koppen die je al weet.
  • Lees zonodig grondig.
  • Plaats de overige koppen. 

HACER: Texto 9 vraag 34. 
Noteer ook welke woorden je hebben geholpen naar je antwoord.
                                                                                                ¿Terminado? -> maak tekst 8 + 11

Slide 31 - Slide

De 'beweringen-vraag'
Bij dit vraagtype staan er enkele beweringen onder elkaar, meestal in het Nederlands.
Je moet aangeven of de bewering waar / niet waar is.

Voorbeeld: tekst 7, vraag 21.
Werkwijze: 
  • Lees eerst de beweringen. 
  • Ga daarna naar de tekst. Pas ELZA toe. 
  • Lees zonodig grondig.
  • Noteer per bewering  waar / niet waar.
Let op: een beweringen-vraag levert relatief weinig punten op.

Slide 32 - Slide

De open vraag
Bij een open vraag moet je zelf je antwoord formuleren, meestal in het Nederlands. 
Beantwoord EXACT wat wordt gevraagd. GEEN onnodige toevoegingen!!!!

Voorbeeld: tekst 7, vraag 26.
Werkwijze: 
  • Lees eerst de vraag.
  • Ga daarna naar de tekst. Pas ELZA toe. 
  • Lees zonodig grondig.
  • Formuleer je antwoord: Herhaal de vraag in je antwoord. Wees to the point.
  • Moet je citeren? Schrijf dan letterlijk over uit de tekst.


Slide 33 - Slide

TEKST 12: Tussenkoppen plaatsen
Werkwijze: 
  • Orienteer je op de tekst.
  • Lees de tussenkoppen en zoek zonodig de vertaling op.
  • Ga naar de tekst en pas ELZA toe.
  • Plaats de koppen die je al weet.
  • Lees zonodig grondig.
  • Plaats de overige koppen. 

HACER: Texto 12 pregunta 39-40. Noteer ook welke woorden je hebben geholpen naar je antwoord.
        ¿Terminado? -> maak tekst 8, 11

Slide 34 - Slide

Conclusievraag: hoe ga je te werk
A
globaal lezen > de vraag lezen > daarna de vraag beantwoorden
B
de vraag lezen en begrijpen > tekst grondig lezen en betekenis vaststellen > vraag beantwoorden
C
de vraag lezen en begrijpen > daarna zoekend lezen > de vraag beantwoorden
D
grondig lezen > daarna de vraag lezen en beantwoorden

Slide 35 - Quiz

Multiple choice vragen en open vragen:
Jouw vier tips op basis van
Syllabus p.42-44 en Libro de referencia p.48-49

Slide 36 - Open question