1B 4 maart / 6.2

6.1 negatieve getallen optellen en aftrekken
Aan het eind van de les kan ik positieve en negatieve getallen vermenigvuldigen en delen
Maak opdracht: 30,31,32 en 34, 35, 37, 38, 40,41, 44, 45 op blz. 19 t/m 24 van je boek (deel 2)
en?
Huiswerk voor dinsdag 9 maart
Maak opdracht:  30,31,32 en 34, 35, 37, 38, 40,41, 44, 45 op blz. 19 t/m 24 van je boek (deel 2)
1 / 25
next
Slide 1: Slide
WiskundeVoortgezet speciaal onderwijs

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

6.1 negatieve getallen optellen en aftrekken
Aan het eind van de les kan ik positieve en negatieve getallen vermenigvuldigen en delen
Maak opdracht: 30,31,32 en 34, 35, 37, 38, 40,41, 44, 45 op blz. 19 t/m 24 van je boek (deel 2)
en?
Huiswerk voor dinsdag 9 maart
Maak opdracht:  30,31,32 en 34, 35, 37, 38, 40,41, 44, 45 op blz. 19 t/m 24 van je boek (deel 2)

Slide 1 - Slide

Vorige les
Positieve en negatieve getallen + en - 
6 + - 7 = ?
-9 + 4 = ?
7 - - 11 = ?
-2 + - 13 = ?

Slide 2 - Slide

6.2 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Bereken:
-2 x 3 = ...

Slide 5 - Open question

Slide 6 - Slide

Bereken:
2 x -3 = ...

Slide 7 - Open question

Slide 8 - Slide

Bereken:
-2 x -3 = ...

Slide 9 - Open question

Slide 10 - Slide

nu alles door elkaar oefenen

Slide 11 - Slide

-2 x 5 =
A
10
B
-10
C
7
D
-7

Slide 12 - Quiz

-6 x -3 =
A
-18
B
18
C
-20
D
3

Slide 13 - Quiz

-5 x -9 =
A
40
B
45
C
-45
D
-35

Slide 14 - Quiz

-3 x -4 =
A
12
B
-12
C
-7
D
7

Slide 15 - Quiz

3 x 4 =
A
12
B
-12
C
-7
D
7

Slide 16 - Quiz

-3 x 4 =
A
12
B
-12
C
-7
D
7

Slide 17 - Quiz

Welk getal is het tegengestelde
getal van 72,7
A
+7,72
B
727
C
72,7
D
-72,7

Slide 18 - Quiz

Welk getal is het tegengestelde
getal van 23
A
-21
B
-14
C
-23
D
0

Slide 19 - Quiz

Aan de slag
30,31,32 en 34, 35, 37
Volgende les zo komt nog wat nieuwe uitleg en opdrachten

Slide 20 - Slide

6.2 deel 2 

Slide 21 - Slide

Regels voor het delen van pos en neg getallen

Slide 22 - Slide

Probeer het zonder rekenmachine
16 : 4 = ?
16 : -4 = ?
-16 : 4 = ?
-16 : -4 = ?
-21 : 7 = ?
36 : - 9 = ? 

Slide 23 - Slide

Aan de slag
Maak opdracht: 
 30,31,32 en 34, 35, 37, 38, 40,41, 44, 45 
op blz. 19 t/m 24 van je boek (deel 2)

Klaar? Nakijken
Nagekeken? Rekenbreak blz 18 en 24



Slide 24 - Slide

Huiswerk voor dinsdag 9 maart
Maak opdracht: 30,31,32 en 34, 35, 37, 38, 40,41, 44, 45 op blz. 19 t/m 24 van je boek (deel 2)

Slide 25 - Slide