Celdeling

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo g, t, mavo
• Leerjaar 1

Celdeling

Deze les

Voorkennis

Leerdoelen

Uitleg

Opdrachten in het boek maken of werkblad maken vanaf het bord

Leerdoelen

Je kunt de stappen van een celdeling noemen

Je kunt de kenmerken van stamcellen benoemen

Je lichaam bestaat uit wel dertig biljoen cellen. Dat is een 3 met dertien nullen. In je lichaam ontstaan steeds nieuwe cellen.

30. 000.000.000.000

celdeling

Iedere seconde ontstaan er 1.000.000 nieuwe cellen

in je lichaam

celdeling

Waarom worden en nieuwe cellen gemaakt?

Overleg 1 minuut met je buur

Waarom worden in je lichaam nieuwe cellen gemaakt?

- groei

Waarom worden er nieuwe cellen aangemaakt?

Groeien

Herstel

Vernieuwing

1 Moedercel                               2 Dochtercellen

Celdeling: chromosomen verdubbelen en verdelen

Celcyclus

Bespreek deze afbeelding

met je buur.

Wat zie je?

Wat kunnen jullie hieruit opmaken?

2 minuten

Celcyclus

Hoe delen en groeien cellen?

- Cellen hebben chromosomen maar die zie

je niet zomaar

- Voordat een cel zich splitst maakt elk 

chromosoom een kopie

- De cel deelt zich in tweeën

(één cel blijft een gewone cel, de andere cel 

veranderd)

Stamcellen

Stamcellen zijn een soort begin-cellen die kunnen veranderen in verschillende soorten cellen. Dit is wat ze kunnen worden:

- Vetcellen - Deze slaan vet op in je lichaam.

- Kraakbeencellen - Die helpen je botten soepel te bewegen.

- Botcellen - Ze maken je botten sterk.

- Spiercellen - Voor sterke spieren om te bewegen.

- Zenuwcellen - Die sturen signalen door je lichaam, zoals naar je hersenen.

- Stamcellen zijn dus als kleine bouwers die alles maken wat je lichaam nodig heeft!

Lichaamscellen / stamcellen

Gespecialiseerde cellen (huidcellen, spiercellen, zenuwcellen) kunnen zich niet meer delen.

Veel gewone lichaamscellen kunnen niet of beperkt delen. 

Stamcellen kunnen zich heel vaak delen. Deze cellen zorgen voor groei en herstel. Na deling specialisatie tot 1 type cel. 

 

Je ziet hier

1. een cel, celkern, genen
2. een cel, celkern, chromosomen
3. een celkern, chromosomen, genen
4. een celkern, genen, DNA

Opdrachten 2.5

Alle opdrachten behalve de samenvatting en het oranje gedeelte.

Blz. 123 t/m 128