This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Textiel (2)
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
Hoe noem je de technische tekening die gebruikt wordt voor het maken van kleding (bv een spijkerbroek)
A
ware grootte
B
patroon
C
model
D
ontwerp
Slide 3 - Quiz
Hoeveel kledingstukken koop jij (of wordt er voor jouw gekocht) per jaar?
max 12 stuks
max 24
max 36
max 60
meer dan 60
Slide 4 - Poll
Slide 5 - Slide
Textiel en sport (is meer dan kleding!)
Slide 6 - Mind map
Textiel in het huis en huishouden
Slide 7 - Mind map
Bekijk de voorbeelden hieronder van technisch textiel en maak daarna de woordweb af, op de dia hierna. Bedenk zelf ook andere voorbeelden van technisch textiel
Slide 8 - Slide
Technisch Textiel
Slide 9 - Mind map
Slide 10 - Video
Wat is precies het probleem van polyester truien? (...zelfs als ze gemaakt worden van plastic afval/flessen)
Slide 11 - Open question
Grondstoffen van textiel
Niet gokken! Zeker weten, zoek het op!!
Dierlijk
plantaardig
synthetisch
wol
Jute (zak van Sinterklaas
linnen(goed)
fleece
zijde
nylon (kousen)
vlas
polyester
acryl
katoen
Slide 12 - Drag question
Zet de plaatjes bij de juiste tekst
weven
breien
knopen
persen
Slide 13 - Drag question
Welke textiele werkvorm wordt meestal gebruikt om van wol een wintertrui te maken?
A
weven
B
breien
C
knopen
D
persen
Slide 14 - Quiz
Een sinaasappelnetje ... hoe wordt die gemaakt?
A
geweven
B
gebreid
C
geknoopt
D
geperst
Slide 15 - Quiz
Maak een foto van iets van textiel uit jouw omgeving dat geperst is.
tip!
Slide 16 - Open question
Welke textiele werkvormen worden in de film 'van katoenplant .." uiteindelijk gebruikt voor het maken van de spijkerbroek?
Slide 17 - Open question
Hoeveel ton katoen wordt er verbouwd met giftige landbouwpesticiden? Let op! je moet een berekening maken... 1% wordt namelijk milieuvriendelijk geteeld
Slide 18 - Open question
Slide 19 - Slide
textielonderzoek
Neem het bijbehorende werkblad.
Kies 5 verschillende stukjes textiel.
Beantwoord de vragen van de tabel voor elk stukje textiel.
Als je de brandproef doet, onderzoek je twee vragen; de brandbaarheid en de grondstof:
Ruikt het verbrande textiel naar geschroeid haar, dan is het dierlijk, wordt het verbrande stukje hard, dan is het synthetisch.
Slide 20 - Slide
Wat betekent dit?
A
boven de 40 graden wassen.
B
Op 40 graden wassen.
C
Onder de 40 graden wassen.
D
Met de hand wassen
Slide 21 - Quiz
Wat betekent dit symbool
A
Strijken op hoge temperatuur.
B
Je mag niet strijken.
C
Strijken op lage temperatuur.
Slide 22 - Quiz
Wat betekent dit symbool
A
Geen chloor gebruiken
B
C
Je mag chloor gebruiken.
Slide 23 - Quiz
JA
Een kledingstuk kan bestaan uit meer dan één soort stof. In één stof kunnen ook twee of meer verschillende grondstoffen verwerkt zijn.