RS klas 7 Spelling VD + spelling pv vt

Welkom klas 7
1 / 29
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1,2

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom klas 7

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Welkom
Ga lekker zitten, pak je leesboek en duik in de wereld van jouw verhaal...
Leg al je spullen vast op tafel.

Tot over 10 min ;-)
timer
10:00

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

taalvoutje
zie jij de fout in de reclametekst van Mediamarkt?

Slide 3 - Slide

Goed of fout?
Het is de tegenwoordige tijd.
Fout is natuurlijk: betaald. Dit moet zijn: betaalt.
(Hele werkwoord: betalen; de stam: betaal)

Bron: Advertentiekronkels. Met dank aan F. Bierling


taalvoutje
zie jij de fout?

Slide 4 - Slide

Goed of fout?
Het is de tegenwoordige tijd.
Fout is natuurlijk: betaald. Dit moet zijn: betaalt.
(Hele werkwoord: betalen; de stam: betaal)

Bron: Advertentiekronkels. Met dank aan F. Bierling


taalvoutje
zie jij de fout?

Slide 5 - Slide

Goed of fout?
Het is de tegenwoordige tijd.
Fout is natuurlijk: betaald. Dit moet zijn: betaalt.
(Hele werkwoord: betalen; de stam: betaal)

Bron: Advertentiekronkels. Met dank aan F. Bierling


Vandaag
  Lesdoel:
            1.  herhalen spelling persoonsvorm tt
            2. spelling van het voltooid deelwoord
            3. spelling persoonsvorm vt



  



Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
Kijk twee filmpjes over ww spelling VD + PV VT
Maak aantekeningen tijdens de filmpjes. 
Geef antwoord op de vraag:
Hoe worden deze tijden gevormd?

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Hoe spel je het voltooid deelwoord van een werkwoord?
In formule:
ge + ik-vorm + t of d

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

voltooid deelwoord?
  • voltooid = wanneer iets is afgerond, het is gebeurd of gedaan
  • het is herkenbaar doordat het voorafgegaan is of wordt gevolgd door een hulpwerkwoord; hebben, zijn, of worden.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Zo schrijf je een voltooid deelwoord (vd)
  • schrijf het zoals je het hoort, zo eenvoudig mogelijk
  •  gebruik de verlengproef om te weten of de laatste letter een t of d moet zijn
  • vorm: ge + ik-vorm + t/d
  • Twijfel tussen d of t? Gebruik 't ex-kofschip 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Video

This item has no instructions

Let op!
  • scheidbare ww krijgen bij het VD -ge ín het woord.
    Vb: Moet ww spelling volgens jou worden afgeschaft?
  • sommige samengestelde ww zijn niet scheidbaar, het vd krijgt dan ge- ervóór. 
    Vb: Op dit terrein heb ik vroeger gehandbald.
  • werkwoorden die al beginnen met ge-, be-, ver-, ont- en er- krijgen geen extra voorvoegsel.
    Vb: De koploper heeft zijn voorsprong vergroot.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Even oefenen
Log in met je telefoon en doe mee! Alleen je eigen naam gebruiken....

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Hoe schrijf je het voltooid deelwoord?
Hij heeft haar (beschermen)
A
Beschermd
B
Beschermt

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Juiste spelling voltooid deelwoord.

De overvaller heeft alles snel (bekennen).
A
bekent
B
bekend

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Hoe schrijf je het voltooid deelwoord?
Zij hebben (betalen).
A
betaalt
B
betaald

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

sterke en zwakke werkwoorden
wat is het verschil?

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Hoe zien de vormen van een werkwoord in de vt eruit? (Zoek het op in je aantekeningen)

Slide 18 - Open question

This item has no instructions

Hoe zien de vormen van de pv in de verleden tijd eruit?
antwoord: twee (of vier, het is maar hoe je kijkt)
Welke zijn dat?
EV
MV
ik
ik-vorm + te/de
wij
ik-vorm + ten/den
jij
ik-vorm + te/de
jullie 
ik-vorm + ten/den
hij/zij/het
ik-vorm + te/de
zij
ik-vorm + ten/den

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Even oefenen
Log in met je telefoon en doe mee! Alleen je eigen naam gebruiken....

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

vt:
Hans (kleden) ...... zich aan.
A
kleede
B
kleedde
C
kleete
D
kleedte

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

vt:
Hij (beantwoorden) ..... de vraag.
A
beantwoordt
B
beantwoordte
C
beantwoorde
D
beantwoordde

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

vt
De inbreker (bekennen) zijn misdaad.
A
bekende
B
bekendte
C
bekente
D
bekentte

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

vt
De Turkse minister (rijden) weg uit Rotterdam.
A
rijdde
B
rijdte
C
reed
D
reedt

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

(Herhaling) Hoeveel verschillende vormen kent de pv in de tegenwoordige tijd?
antwoord: drie
Welke zijn dat?
EV
MV
ik
ik-vorm
wij
hele ww
jij
ik-vorm + t
jullie 
hele ww
hij/zij/het
ik-vorm + t
zij
hele ww

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Hoe spel je de pv in de tegenwoordige tijd?
  1. Zoek het hele werkwoord.
  2. Haal -en eraf, want dan heb je de stam. Soms kleine wijziging om daar de ik-vorm van te maken.
  3.             
EV
MV
ik
ik-vorm
wij
hele ww
jij
ik-vorm + t
jullie 
hele ww
hij/zij/het
ik-vorm + t
zij
hele ww

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Wanneer gebruik je de verschillende vormen  in de tegenwoordige tijd?
EV
MV
ik,
... jij
ik-vorm
wij
hele ww
jij
ik-vorm + t
jullie 
hele ww
hij/zij/het
ik-vorm + t
zij
hele ww

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Wanneer gebruik je die verschillende vormen in de tegenwoordige tijd?
  1. Gebruik het werkwoord lopen als voorbeeld.
            Ik loop (=ik-vorm)   → ik-vorm
           Jij loopt / Loop jij?   → ik-vorm +t / ik-vorm
            Hij/zij/ het loopt      → ik-vorm +t
            Wij/jullie/zij lopen  → hele werkwoord                

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

bedankt voor vandaag!

Slide 29 - Slide

This item has no instructions