wo 15 + do 16 apr 2020 HV

Mittwoch, der fünfzehnte April 2020
Ziel(doel):   ik kan een kort gesprekje houden over sport
 


  • je gaat met z'n tweetjes of viertjes de tekst voor opdracht 3  samen lezen/oefenen en dan maak opdracht 3 en 4 van Lektion 3 alleen en ga je daarna samen mondeling oefenen
  • Je gaat werken aan Lektion 3 van Kapitel 4. 
1 / 33
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 9 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Mittwoch, der fünfzehnte April 2020
Ziel(doel):   ik kan een kort gesprekje houden over sport
 


  • je gaat met z'n tweetjes of viertjes de tekst voor opdracht 3  samen lezen/oefenen en dan maak opdracht 3 en 4 van Lektion 3 alleen en ga je daarna samen mondeling oefenen
  • Je gaat werken aan Lektion 3 van Kapitel 4. 

Slide 1 - Slide

Donnerstag, der sechzehnte April 2020
Ziel(doel): Ik heb eind van de week Lektion 3 af 
 


  • Je gaat werken aan Lektion 3 van Kapitel 4
  • beantwoord de vragen aan het eind en stuur deze met een schermafbeelding naar mij in Teams asl je klaar bent met Lektion 3

Slide 2 - Slide

0

Slide 3 - Video

0

Slide 4 - Video

waar gaat dit Kapitel
(hoofdstuk)  over? 

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

vragen , die je beantwoord en aan mij stuurt via Teams door een schermafbeelding

Slide 12 - Slide

Wat is het beste blijven hangen van Kapitel 3

Slide 13 - Open question

Wat zou je nog willen weten over Kapitel 3

Slide 14 - Open question

Wat heb je geleerd van Lektion 1. Leg je antwoord ook uit

Slide 15 - Open question

Wat heb je geleerd van Lektion 2. Leg je antwoord ook uit

Slide 16 - Open question

Wat heb je geleerd van Lektion 3. Leg je antwoord ook uit

Slide 17 - Open question

Grammaticaoverzicht van 
Kapitel 4

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Stappenplan naamvallen
1. Check voorzetsels en werkwoorden en bepaal de naamval
2. bepaal het geslacht van het woord achter de vz/ ww
3. ga de zin verder ontleden als er geen voorzetsel in staat
gebruik hiervoor bijv. HIJ/HEM/AAN HEM
4.  bepaal het geslacht van het woord
5. Kijk in het schema voor de uitgang (let goed op of het woord, dat je moet invullen bij de DER-groep of EIN-groep hoort) 

Slide 23 - Slide

Grammaticaoverzicht + filmpjes van/bij Kapitel 3 komen hierna
algemene tips

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

0

Slide 26 - Video

0

Slide 27 - Video

0

Slide 28 - Video

0

Slide 29 - Video

0

Slide 30 - Video

0

Slide 31 - Video

Slide 32 - Video

Slide 33 - Slide