1.1.4 Ontstaan en evolutie van het heelal

1.1.4 Ontstaan en evolutie van het heelal
Je leert ...

1 welke invloed een aantal wetenschappers hadden op de theorie van het uitdijende heelal.
2 welke bewijzen er bestaan voor de oerknal (wetenschappen).
3 hoe het heelal is geëvolueerd sinds de oerknal.
4 wat de mogelijke scenario's zijn voor het einde van het heelal.
1 / 17
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeSecundair onderwijs

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

1.1.4 Ontstaan en evolutie van het heelal
Je leert ...

1 welke invloed een aantal wetenschappers hadden op de theorie van het uitdijende heelal.
2 welke bewijzen er bestaan voor de oerknal (wetenschappen).
3 hoe het heelal is geëvolueerd sinds de oerknal.
4 wat de mogelijke scenario's zijn voor het einde van het heelal.

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

1 Het heelal wordt steeds groter
De theorie van het uitdijende heelal
  • De Belg Georges Lemaître ontwikkelde in 1927:  de oerknal of big bang
  •  Edwin Hubble: sterrenstelsels zich steeds meer van elkaar verwijderden. het doppler effect
  • Wet van Hubble - Lemaître

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Ontstaan van het heelal
1 Vlak voor oerknal: Plancktijd

Alle materie die in het heelal aanwezig is, is samengeperst in een punt dat de grootte heeft van een atoom en een temperatuur van 1028 °C.
2 Na 1 seconde
Het atoom expandeert enorm (1050 van eerste omvang) en het heelal ontstaat. Massa, tijd, ruimte en energie ontstaan. Protonen, neutronen en elektronen worden gevormd. Door de extreme hitte van deze explosie is de dichtheid van het helaal heel groot en zijn massa, tijd, ruimte en energie met elkaar verbonden.











Slide 5 - Slide

Ontstaan van het heelal

3 Na 3 minuten
Heliumkernen worden gevormd. De uitdijing van het heelal doet de temperatuur dalen en de straling verliest energie. Na enkele uren is een groot deel van de energie omgezet in gasvormige oermaterie.
4 Na 10 000 jaar
Straling verliest zijn dominante positie over materie. Maar de straling is nog steeds zo hoog dat de materie niet kan binden met elkaar.

Slide 6 - Slide

Ontstaan van het heelal
5 Na 370 000 jaar

De zwaartekracht trekt gas- en stofwolken samen en vormen klonters van materie. Er zijn nog geen sterren gevormd, waardoor het heelal donker is. Dit staat ook bekend als de kosmische Dark Age.
6 Na 150 miljoen jaar
De klonters van materie vormen de eerste sterrenstelsels en clusters. Foto's van de Hubble- en James Webb-telescoop  tonen sterrenstelsels die 400 tot 800 miljoen jaar na de oerknal zijn gevormd.


Slide 7 - Slide

Ontstaan van het heelal
7 Na 1 miljard jaar

Binnenin de verdichtingen van materie worden sterren en planeten gevormd.
Dit proces gaat vandaag nog steeds door. Het heelal dijt steeds verder uit, het koelt verder af en nieuwe sterren(stelsels) en planeten(stelsels) ontstaan en sterven.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

oerknal
uitbreiding van het heelal
ontwikkeling van planeten en sterrrenstelsels
eerste sterren
kosmische dark age

Slide 10 - Drag question

Evolutie van het heelal
afhankelijk van de zwaartekracht en de massadichtheid

Slide 11 - Slide

Big Rip:

Als de expansiesnelheid van het heelal blijft toenemen, zal niet alleen de ruimte tussen de stelsels groter worden, maar wordt de materie zo uit elkaar getrokken dat ook de stelsels met hun sterren en planeten, en zelfs tot atomen uit elkaar zullen vallen.

Slide 12 - Slide

Big Crunch:

De uitbreiding van het heelal komt tot een stilstand, waarna alle materie terug naar elkaar begint toe te bewegen. Het heelal trekt terug samen en stort ineen tot een ultiem beginpunt.

Slide 13 - Slide

Big Chill:

Alle materie in het heelal is aanwezig en uiteindelijk zullen de absorptienevels uitgeput geraken. Hierdoor ontstaan geen nieuwe sterren en koelt het universum af, wordt het donkerder en zal het uiteindelijk het absolute nulpunt bereiken (0K of -273,15 °C), waarbij atomen amper tot niet meer bewegen.   

Slide 14 - Slide

Big Bounce:

Een cyclus van de Big Bang en Big Crunch. Het universum ontstaat door een Big Bang, maar keert terug naar zijn oerpunt door de Big Crunch, waarna er terug een Big Bang ontstaat.

Slide 15 - Slide

big rip
big crunch
Big chill
big bounce

Slide 16 - Drag question

oefeningen
reeks A:  1 - 4
reeks B:  1 - 5

1.5 levensloop van een ster

Slide 17 - Slide