4 Basis en Kader, Leesvaardigheid2 het belangrijkste Theorie bij elkaar.

De belangrijkste theorie
'Leesvaardigheid 2'

De laatste loodjes vrienden! Houd je
kop erbij, je bent er nog niet.
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 20 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

De belangrijkste theorie
'Leesvaardigheid 2'

De laatste loodjes vrienden! Houd je
kop erbij, je bent er nog niet.

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

De belangrijkste zaken uit je boekje gaan over:
-Tekstdoelen
- Onderwerp en hoofdgedachte
-Doelgroep
- Verwijswoorden
-Signaalwoorden en tekstverbanden
-Citeren
- Feiten en meningen, objectief en subjectief.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Onderwerp: waar de tekst ongeveer over gaat in 1 of een paar woorden.

Hoofdgedachte: Een hele zin die vertelt wat de tekst je duidelijk wilt maken.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Waar moet een schrijver op letten als hij voor een bepaalde doelgroep schrijft.....?
-Taalgebruik (bv je zeggen 
ipv u)

- De lengte van de tekst

- Onderwerp (ook saaie onderwerpen moeten   interessant gemaakt worden).

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Verwijswoorden, waarnaar verwijst het dikgedrukte/ onderstreepte woord.
1. Alle leerlingen uit klas 4B2 snappen de opgaven, ze weten de antwoorden.

2. Wil jij de moeilijke vragen uit dat boekje uitleggen, ik snap ze niet.

3. Weet je vader de kortste weg naar school, nee hij weet dat niet.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Oefenen tekstverbanden.
1. Doordat jij zo blijft treuzelen, komen we zeker te laat op school.

2. Ik ben best wel overtuigd van jouw inzet, maar ik denk dat het toch niet lukt.

3. Om te slagen zul je dit filmpje goed moeten instuderen.

4. Hopelijk ben je blij met dit filmpje en vind je het ook nog leerzaam.

Slide 15 - Slide

citeren:
Een zin letterlijk overschrijven uit een tekst.
bv:


"Je zoekt dan.........de tekst over." (regel 6).

Slide 16 - Slide

Feiten zijn OBJECTIEF, je kunt ze controleren. Het is echt zo!

Meningen zijn SUBJECTIEF, ze zijn persoonlijk en hoeven niet waar te zijn.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Achtergrondartikel:
Een uitgebreid artikel vaak wat verder achter in een krant.
Je krijgt meer 'achtergrond', ze gaan wat dieper op zaken in, hij is langer dan een gewoon artikel.
Het kan over iets actueels gaan, maar kan ook over iets dat langer geleden is.
Er kunnen meningen in staan van bv de schrijver, het artikel kan subjectief zijn ipv objectief.

Slide 19 - Slide

Recensie:
Een kritische bespreking van een boek of een film.
De schrijver geeft zijn mening erover.


Slide 20 - Slide