WRE 2AHA - Voorbereiding op SO

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k, t
• Leerjaar 2

Ga rustig zitten op je plek.

Log alvast in op LessonUp
(de code staat  linksonder in beeld).

Voorbereiden op SO

Voordat we beginnen:

2AHA

GRAMMATICA

ZINSDELEN

• Je hebt vragen kunnen stellen voor het SO.
• Je hebt gericht geoefend met grammatica zinsdelen.

Lesdoelen

In deze les gaan we:

• Oefenen in LessonUp.
• Quizizz op de iPad (of de mixopdrachten).
• Vragenrondje.
• Afronden.

Noteer het WG of NG.

De bonobo is een bedreigde diersoort.

Welke zin bevat een naamwoordelijk gezegde?

1. Ik heb mijn huiswerk gemaakt.
2. Gisteren ben ik gaan vissen met wat vrienden.
3. Het volkslied werd meegezongen door het publiek
4. Volgende week kunnen we kampioen worden!

'Een bijzin staat altijd voor een hoofdzin.'

1. Waar
2. Niet waar

Bepaal de zinsdeelzin, kies uit:
ow-zin, lv-zin, mv-zin, bwb-zin.

De detective had al snel in de gaten dat er iets niet klopte.

Welke zin in samengesteld?

1. Veel mensen vinden een kat een schattig huisdier.
2. Tirza bakt zelf brood en koekjes.
3. Volgens sommige theorieën is de oudste de slimste, maar dat is achterhaald.
4. Ik ga altijd op de fiets naar school.

Bepaal de zinsdeelzin, kies uit:
ow-zin, lv-zin, mv-zin, bwb-zin.

Waarom hij dit niet eerder heeft verteld, is voor mij onbegrijpelijk.

Bepaal de zinsdeelzin, kies uit:
ow-zin, lv-zin, mv-zin, bwb-zin.

Voor we aan de fietstocht begonnen, smeerde ik me in met factor 20.

Wat is het verschil tussen een bijwoordelijke bepaling
en een bijvoeglijke bepaling?

De *Duitse* voetbalbond heeft dit weekend veel te verduren gekregen.

1. bijwoordelijke bepaling
2. bijvoeglijke bepaling
3. bijvoeglijke bijzin
4. geen van allen

Ik wil graag nog eens een honkbalwedstrijd *in Amerika* bijwonen.

1. bijwoordelijke bepaling
2. bijvoeglijke bepaling
3. bijvoeglijke bijzin
4. geen van allen

De bacteriën *die niet reageren op antibiotica*, krijgen de overhand.

1. bijwoordelijke bepaling
2. bijvoeglijke bepaling
3. bijvoeglijke bijzin
4. geen van allen

Een zin met meer dan één persoonsvorm heet een samengestelde zin.

1. Waar
2. Niet waar

Quiz maken

Wat?	Doe klassikaal mee met de Quizizz of oefen zelfstandig verder met de mixopdrachten in de online leeromgeving.
Hoe?	Zelfstandig.
Hulp	Steek je vinger op als je een vraag hebt.
Tijd	15 minuten.
Klaar?	Oefen verder: https://www.cambiumned.nl/zinsdelen/

Oefenen

Wie heeft nog een vraag over grammatica zinsdelen?