Uitleg leerdoel 3











Noteer dit voor jezelf alvast in je schrift.

Stel je vragen aan de docent die gaat streamen. 
Ga rustig zitten op je plek.
Leg je wiskundespullen op tafel. 

1 / 16
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson











Noteer dit voor jezelf alvast in je schrift.

Stel je vragen aan de docent die gaat streamen. 
Ga rustig zitten op je plek.
Leg je wiskundespullen op tafel. 

Slide 1 - Slide

Hoofdstuk 5

Slide 2 - Slide

Toets bespreken
  • Welk cijfer geef jij jezelf voor de toets?
  • Hoe was je voorbereiding op de toets?
  • Welk cijfer heb jij op de toets gekregen?
  • Aanpak komend hoofdstuk.

Slide 3 - Slide

Toets analyseren

Feedback agenda
Notatie                                       Volledigheid (berekening, toelichting, ..)
Rekenregels toepassen                  Feitenkennis (begrippen, formules, ..)
Lezen                                         Nauwkeurigheid (tekenen)
Tijd (niet alles af)                         Anders                   

Slide 4 - Slide

Bram doet mee aan een sponsorloop. Sommige sponsors 
betalen een vast bedrag, andere betalen een bedrag per rondje. 

Het bedrag in euro's dat Bram ontvangt na de sponsorloop kun je berekenen met de woordformule.

Bedrag = 8 + 2,50 x aantal rondjes

Hoeveel ontvangt Bram als hij 12 ronden loopt?

Slide 5 - Slide

Ik weet hoe ik een lineaire formule kan herkennen
Succescriteria
Ik weet welke vorm een lineaire grafiek heeft.
Ik ken de vorm van een lineaire formule.
Ik weet wat het startgetal en de stapgrootte is.
Ik kan rekenen met een lineaire formule.
Ik kan aan een lineaire formule zien of de bijbehorende grafiek stijgt of daalt.



Slide 6 - Slide

Lineaire formule
Een grafiek is een tekening in een assenstelsel.

Een rechte lijn als grafiek heet een lineaire grafiek

De formule bij zo'n grafiek heet een lineaire formule.

Slide 7 - Slide

Lineaire formule
Bij een lineaire formule komt er steeds
hetzelfde aantal bij of af, dit is de stapgrootte.

Dit is in de grafiek te zien als een rechte lijn.

Een lineaire formule is altijd van de vorm:
Uitkomst = beginwaarde +/- stapgrootte x invoer 

Slide 8 - Slide

Lineaire formule
Stapgrootte: De hoeveelheid die er per stapje bij komt.
Ander woord: Hellingsgetal of richtingscoëfficiënt 

Begingetal: De hoeveelheid waar de grafiek mee begint (x=0)
Ander woord: Beginwaarde of startgetal


Uitkomst = beginwaarde +/- stapgrootte x invoer 




!!!
Goed leren! Deze formule moet je kunnen dromen.
De stapgrootte wordt vaak afgekort met de kleine letter a.
Het begingetal wordt vaak afgekort met de kleine letter b.

Slide 9 - Slide

Bij een lineaire formule komt er steeds
hetzelfde aantal bij (+) of af (-). 


Bij: 
tijd x 2 + 30 = lengte
lengte = 30 + 2 x tijd
lengte = 2 x tijd + 30

Af:
30 - tijd x 2 = lengte
lengte = 30 - 2 x tijd
lengte = - 2 x tijd + 30







De grafiek stijgt.




De grafiek daalt. 

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Aan de slag
Noteer eerst voor jezelf de aantekeningen.

Maak
de opgaven die bij jouw leerroute passen!


 

Controleer je werk kritisch met behulp van de uitwerkingen via magister leermiddelen.
  • Snap je wat je fout gedaan hebt? Verbeter je fouten met een andere kleur. 
  • Snap je niet wat je fout gedaan hebt? Vraag een klasgenoot, ouder of je docent om hulp.




ondersteunend: O6, 6 en 8
doorlopend: 6, 7 en 8
uitdagend: 6, U1 en U2
ondersteunend: 10, O11, O13, 14 en 15
doorlopend: 10, 11, 13, 14 en 15
uitdagend: 10, 11, 13, U3 en U4

Slide 12 - Slide

Aan de slag
Noteer eerst voor jezelf de aantekeningen.

Maak
de opgaven die bij jouw leerroute passen!


 

Controleer je werk kritisch met behulp van de uitwerkingen via magister leermiddelen.
  • Snap je wat je fout gedaan hebt? Verbeter je fouten met een andere kleur. 
  • Snap je niet wat je fout gedaan hebt? Vraag een klasgenoot, ouder of je docent om hulp.




ondersteunend: 3, 4, O6, 6 en 8
doorlopend: 3, 4, 6, 7 en 8
uitdagend: 3, 4, 6, U1 en U2

Slide 13 - Slide

Opdracht
  • Probeer per groepje een kwadrant in te vullen. 
  • De resultaten noteer je op een blaadje.

Klaar? 
  • Vraag om een nieuw opdracht.

Jullie krijgen hiervoor ongeveer 20 minuten de tijd!

timer
20:00

Slide 14 - Slide

Bedankt voor vandaag!
Ga thuis verder met 
de lessen in LessonUp!

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide