What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Herhaling 11.3 & 11.4
11.3 en 114
Herhaling vertering koolhydraten en eiwitten
1 / 37
next
Slide 1:
Slide
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
This lesson contains
37 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
11.3 en 114
Herhaling vertering koolhydraten en eiwitten
Slide 1 - Slide
Afbraak voedsel
Afbreken van koolhydraten, eiwitten en vetten (macromoleculen) = klaarmaken voor opname in dunne darm
Slide 2 - Slide
Waarom gaat de afbraak van moleculen zo langzaam?
A
De moleculen zijn te groot
B
Er zijn te veel moleculen
C
Er is energie nodig om bindingen te breken
D
Moleculen zijn beschermd tegen afbraak
Slide 3 - Quiz
Moleculen breken
Lichaamswartme is te laag, er is meer energie nodig
Oplossing: Proces versnellen met enzymen
Deze verlagen de activeringsenergie, de energie die nodig is om een binding te breken
Slide 4 - Slide
Activeringsenergie
Slide 5 - Slide
Zet de afbeelding op de juiste plek in de figuur.
Slide 6 - Drag question
Enzymwerking
Enzymen bewerken dus een substraat: opbouwen of afbreken
Enzymen breken eiwitten, koolhydraten en vetten af =
Vertering
Enzymen zijn dus onmisbaar!
Slide 7 - Slide
Welke uitspraak over enzymen is NIET waar?
A
Temp lager dan het optimum heeft invloed op de reactiesnelheid
B
Enzymen zijn substraat specifiek
C
Enzymen kunnen niet van vorm veranderen
D
Enzymen zijn na werking opnieuw beschikbaar
Slide 8 - Quiz
Invloed op enzym werking
Temperatuur en pH hebben invloed op werking --> optimum
< temp = langzame reactie
> temp = denaturatie
Structuur enzym kan veranderen door pH
Slide 9 - Slide
Welke uitspraak over naamgeving van enzymen is waar?
A
Enzym eindigt op -ase
B
Enzym eindigt op -ose
C
Enzym eindigt op -yse
D
Enzym eindigt op -ese
Slide 10 - Quiz
Voorbeeld
Slide 11 - Slide
Hoe heet het afbreken van moleculen?
A
Hydrolyse, waarbij water nodig is
B
Hydrolyse, waarbij water ontstaat
C
Condensatie, waarbij water nodig is
D
Condensatie, waarbij water ontstaat
Slide 12 - Quiz
Hydrolyse
Een watermolecuul wordt gesplitst en de atomen toegevoegd aan de reactieproducten
Slide 13 - Slide
Condensatie
Juist het tegenovergestelde van hydrolyse
Let op! Wel een ander enzym!!
Slide 14 - Slide
Zet de afbeeldingen bij de juiste begrippen.
Polysachariden
Di
sachariden
Mono
sachariden
Slide 15 - Drag question
Koolhydraten
Algemene formule: Cm(H2O)n
Poly- en disachariden afbreken
tot monosachariden
Slide 16 - Slide
Op welke plekken wordt zetmeel afgebroken?
A
Mond, lever, maag, 12v-darm en dunne darm
B
Mond, maag en dunne darm
C
Maag, 12v-darm, lever en dunne darm
D
Mond, 12v-darm en dunne darm
Slide 17 - Quiz
Afbraak koolhydraten
Mond, alvleesklier en dunne darm produceren enzymen die koolhydraten afbreken
Slide 18 - Slide
Afbraak zetmeel
Zetmeel = polysacharide van vele glucose moleculen
o.a. amylose
Slide 19 - Slide
Zetmeel (amylose) wordt afgebroken door amylase. Waar is dit enzym te vinden?
A
In speeksel
B
In speeksel en maagsap
C
In maagsap en alvleessap
D
In speeksel en alvleessap
Slide 20 - Quiz
Amylase
1. Amylase in speeksel
2. Geïnactiveerd in maag door pH
3. Weer actief in 12v-darm
Ook extra amylase uit alvleesklier
Slide 21 - Slide
Hydrolyse koolhydraten
Zetmeel en glycogeen in stappen afgebroken
Poly- en disachariden (dextrinen en maltose) tot monosachariden
Slide 22 - Slide
Hoe worden glucose moleculen in de dunne darmcellen opgenomen?
A
Ze gaan los door speciale kanalen heen
B
Ze kunnen zo door het celmembraan heen
C
Ze gaan samen met een ander molecuul door een kanaal heen
D
Enzymen maken een tijdelijk gat in het membraan
Slide 23 - Quiz
Opname in dunne darm
Glucose gaat samen met Na+ naar binnen (
symport
)
Dit is passief transport
(conc in darm altijd hoger)
Slide 24 - Slide
11.4
Eiwit vertering
Slide 25 - Slide
Afbraak voedsel
Principe van vertering hetzelf: afbreken tot kleine moleculen
Koolhydraten: sachariden
Eiwitten: peptiden
Slide 26 - Slide
Enzymen
Enzymen voor vertering gemaakt in:
Maag: maagsap
12v-darm: alvleessap
Dunne darm: darmsap
Slide 27 - Slide
Waar bestaan eiwitten uit?
A
Peptiden
B
Aminozuren
C
Amino groepen
D
Polypeptiden
Slide 28 - Quiz
Aminozuren
Een aminozuur is een molecuul met een Aminogroep en een Carboxylgroep
Vb.
Slide 29 - Slide
Polypeptiden
Eiwitten zijn
polypeptiden
De aminozuren zitten aan elkaar met een peptidebinding
Slide 30 - Slide
Enzym in maagsap
Slide 31 - Slide
Pepsinogeen wordt in de maag zelf omgezet in actief pepsine. Waarom daar pas?
A
Het heeft geen functie in de maagwand
B
Er zijn geen eiwitten in de maagwand
C
Anders maakt het cellen van de maag stuk
Slide 32 - Quiz
Na de maag...
Peptase inactief door andere pH in 12v-darm
In 12v-darm hydrolyse van overgebleven polypeptiden door:
- endopept
id
asen
- exopept
id
asen
Slide 33 - Slide
Ze de woorden bij de juiste afbeelding.
Endopeptidasen
Exopeptidasen
Slide 34 - Drag question
Peptidasen
Endo: midden in
Exo: buitenkant
- aminokant (NH2)
- carboxylkant (COOH)
Slide 35 - Slide
Opname in dunne darm
Slide 36 - Slide
Hoe vond je deze herhaling?
A
Heel relaxed, ik was alles vergeten
B
Wat een tijdverspilling
C
Niet echt nodig, ik wist bijna alles nog
D
Totaal overbodig, ik wist alles nog
Slide 37 - Quiz
More lessons like this
5H 10.3 Chemische vertering
8 days ago
- Lesson with
32 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
10.2 Verteringsstelsel + 10.3 Enzymen
June 2022
- Lesson with
42 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
11.2 Verteringsstelsel
January 2024
- Lesson with
43 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
10.3 Enzymen
September 2022
- Lesson with
23 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
Voeding en vertering toets
April 2024
- Lesson with
25 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
10.3 Enzymen 5V 2122
December 2021
- Lesson with
25 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
BS 1 voedingsstoffen/ BS 2 verteringsstelsel BS 3 Chemische vertering
11 days ago
- Lesson with
20 slides
Voeding en vertering toets
9 days ago
- Lesson with
43 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5