klas T3A 09091920 vaste tekststructuren H1

1 / 28
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 65 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

T3 
Welkom

Slide 2 - Slide

Programma vandaag

  • Lezen

  • Nakijken huiswerk, doen we vrijdag i.v.m. verwarring
  • Uitleg vaste tekststructuren
  • Zelfstandig werken 



    Slide 3 - Slide

    Lekker lezen (in stilte)
    timer
    13:00

    Slide 4 - Slide

    Huiswerk
    Leg de brief en je schrift ( huiswerk) op de hoek van je tafel.


    Slide 5 - Slide

    Leerdoel
    Aan het eind van de les ken je vier vaste tekststructuren en heb je daarmee geoefend.

    Slide 6 - Slide

    Tekststructuren


    Waarom en hoe?

    Slide 7 - Slide

    Waarom?

    • Om teksten goed en snel samen te kunnen vatten.
    • Om zelf duidelijke teksten te schrijven.

    Slide 8 - Slide

    Hoe?
    • argumentatiestructuur
    • aspectenstructuur

    • verklaringsstructuur
    • voor- en nadelenstructuur

    Slide 9 - Slide

    Functies van tekstdelen:: Inleiding
    belangstelling wekken van de lezer
    onderwerp, vraagstelling (in een beschouwing) of mening introduceren.
    de opbouw (welke deelonderwerpen er behandeld worden) aankondigen.
    Je herkent een inleiding soms ook aan een ander lettertype of omdat die vetgedrukt is.

    Slide 10 - Slide

    Functies van tekstdelen:middenstuk
    hoofdgedachte uitwerken
    deelonderwerpen uitwerken
    eerste zinnen van een alinea introduceren vaak deelonderwerp
    verbindingswoorden geven vaak het verband aan

    Slide 11 - Slide

    Functies van tekstdelen:slot
    samenvatting
    conclusie
    oproep
    afweging
    aanbeveling

    Slide 12 - Slide

    Aspectenstructuur
    Onderwerp van een tekst

    Slide 13 - Slide

    Aspectenstructuur
    Onderwerp van een tekst
    games

    Slide 14 - Slide

    Aspectenstructuur
    Onderwerp van een tekst
    Diverse aspecten/onderdelen van het onderwerp 

    Slide 15 - Slide

    Aspectenstructuur
    Onderwerp van een tekst
    Diverse aspecten van het onderwerp 
    Samenvatting

    Slide 16 - Slide

    verleden/heden (toekomst)structuur
    Onderwerp van een tekst
    games

    Slide 17 - Slide

    verleden/ heden (toekomst)structuur
    Onderwerp van een tekst
    games in het verleden en nu.

    Slide 18 - Slide

    verleden/ heden (toekomst)structuur
    Onderwerp van een tekst
    games in het verleden en nu.
    conclusie of situatie in de toekomst

    Slide 19 - Slide

    voor- en nadelenstructuur
    Onderwerp, vraag of stelling
    voor- en nadelen van  bv. games
    afweging en conclusie

    Slide 20 - Slide

    vraag en antwoordstructuur
    vraag
    antwoord(en)
    samenvatting of conclusie

    Slide 21 - Slide

    Een tekst is gebaseerd op de vraag/antwoordstructuur. Wat staat er in het middenstuk?

    Slide 22 - Open question

    Een tekst is gebaseerd op de aspectenstructuur. Wat staat er in het slot?

    Slide 23 - Open question

    Welke structuur bevat een afweging in het slot?
    A
    vraag/antwoordstructuur
    B
    aspectenstructuur
    C
    verleden/hedenstructuur
    D
    voor- en nadelenstructuur

    Slide 24 - Quiz

    Aan de slag
    Tekst 1 (pag.7) lezen en opdr. 1 maken
    Tekst 3 (pag. 11) lezen en opdr. 3 maken
    (is huiswerk voor 10-09)
    Eerste vijf minuten in stilte!
    Daarna fluisterend overleg

    timer
    20:00

    Slide 25 - Slide

    Noem 3 dingen die je deze les hebt geleerd.

    Slide 26 - Open question

    Leerdoel
    Ken je de vier vaste tekststructuren?



    Tot vrijdag!

    Slide 27 - Slide

    Kort samengevat
    Zo schrijf je volgens een vaste structuur

    Bepaal het onderwerp, het tekstdoel en de hoofdgedachte.

    Kies een structuur die bij het doel van de tekst past.

    Maak een bouwplan aan de hand van de gekozen structuur.

    Noteer boven het bouwplan het onderwerp, het tekstdoel, de hoofdgedachte en de tekststructuur.

    Gebruik tijdens het schrijven structurerende woorden en zinnen als daardoor, er zijn drie oorzaken, het gevolg is, behalve voordelen heeft deze aanpak ook nadelen, een tweede bezwaar is, ik ben van mening.

    Slide 28 - Slide